1 Veiligheid
▶
Stel de veiligheidsinrichtingen in geen geval buiten be-
drijf.
▶
Manipuleer geen veiligheidsinrichtingen.
▶
Vernietig of verwijder geen verzegelingen van compo-
nenten. Enkel erkende installateurs en de servicedienst
van de fabriek zijn bevoegd om verzegelde onderdelen te
veranderen.
▶
Breng geen veranderingen aan:
–
aan het product
–
aan de toevoerleidingen voor gas, verbrandingslucht,
water en spanning
–
aan de volledige rookgasinstallatie
–
aan het volledige condensafvoersysteem
–
aan de veiligheidsklep
–
aan de afvoerleidingen
–
aan bouwconstructies die de gebruiksveiligheid van
het product kunnen beïnvloeden
1.2.11 Vorstschade door ontoereikende
kamertemperatuur
Bij een te lage instelling van de kamertemperatuur, ook van
afzonderlijke kamers, bestaat er gevaar voor vorstschade
aan delen van de CV-installatie.
▶
Neem absoluut de aanwijzingen voor de vorstbeveiliging
in acht (→ Pagina 10).
1.2.12 Vorstschade door stroomuitval
Bij een uitval van de stroomvoorziening kunnen deelbereiken
van de CV-installatie door vorst beschadigd worden.
▶
Als u het product bij stroomuitval gebruiksklaar wilt hou-
den, dan dient u voor de installatie van een noodstroom-
aggregaat het advies van een installateur in te winnen.
1.2.13 Vorstschade door uitschakelen van het
product
Als de vorstbeschermingsinrichtingen inactief zijn, kan het
product beschadigd worden. Vorstbeschermingsinrichtin-
gen van het product zijn alleen actief als het product aan de
stroomtoevoer aangesloten en ingeschakeld is.
▶
Verbreek de verbinding van het product met het elektrici-
teitsnet niet.
▶
Laat de aan-/uittoets in de stand "Aan".
▶
Laat de gasafsluitkraan geopend.
1.2.14 Corrosieschade door chemisch belaste
verbrandings- en ruimtelucht
Sprays, oplosmiddelen, chloorhoudende reinigingsmiddelen,
verf, lijm, ammoniakverbindingen, stof e.d. kunnen onder
ongunstige omstandigheden tot corrosie aan het product en
in de VLT/VGA leiden.
▶
Gebruik en bewaar geen sprays, oplosmiddelen, chloor-
houdende reinigingsmiddelen, verf, lijm e.d. in de omge-
ving van het product.
▶
Als u uw product voor commerciële toepassingen wilt
gebruiken, bijv. in kapsalons, lakkerijen of schrijnwerke-
rijen of reinigingsbedrijven, dan kiest u een afzonderlijke
opstellingsruimte waarin een verbrandingsluchttoevoer
technische vrij van chemische stoffen gegarandeerd is.
4
1.2.15 Verwondingsgevaar en gevaar voor
materiële schade door ondeskundig of niet
uitgevoerd onderhoud en reparatie!
Niet uitgevoerd of ondeskundig uitgevoerd onderhoud kan
de bedrijfszekerheid van uw product verminderen.
▶
Laat storingen en schade die de veiligheid belemmeren
onmiddellijk verhelpen.
▶
Probeer nooit om zelf onderhoudswerk of reparaties aan
uw product uit te voeren.
▶
Geef daartoe opdracht aan een installateur.
▶
Neem de opgegeven onderhoudsintervallen in acht.
1.3
Reglementair gebruik
Er kan bij ondeskundig of oneigenlijk gebruik gevaar ont-
staan voor lijf en leven van de gebruiker of derden resp.
schade aan het product en andere voorwerpen.
Dit product is niet bedoeld om door personen (met inbegrip
van kinderen) met beperkte fysieke, sensorische of geeste-
lijke vaardigheden of gebrek aan ervaring en/of ontbrekende
kennis gebruikt te worden, tenzij zij onder toezicht staan van
een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid of die
hen in het gebruik van het product geïnstrueerd heeft.
Kinderen moeten onder toezicht staan om ervoor te zorgen
dat zij niet met het product spelen.
Het product is als warmtebron voor gesloten warmwater-CV-
installaties en de warmwaterbereiding bestemd.
Het gebruik volgens de bestemming omvat:
–
het naleven van de bijgevoegde gebruiks-, installatie- en
onderhoudshandleidingen van het product en van andere
componenten van de installatie
–
het naleven van alle in de handleidingen vermelde in-
spectie- en onderhoudsvoorwaarden.
Een ander gebruik dan het in deze handleiding beschreven
gebruik of een gebruik dat van het hier beschreven gebruik
afwijkt, geldt als niet reglementair.
Als niet-reglementair gebruik geldt ook ieder direct commer-
cieel of industrieel gebruik.
Het gebruik van het product in voertuigen, zoals bijv. cam-
pers of woonwagens, geldt als niet reglementair.
Niet als voertuigen gelden eenheden die permanent en stati-
onair geïnstalleerd zijn en geen wielen hebben (zogenaamde
stationaire installatie).
1.4
CE-markering
Met de CE-markering wordt aangegeven dat de
producten volgens het typeplaatje voldoen aan de funda-
mentele vereisten van de geldende richtlijnen.
Gebruiksaanwijzing ecoTEC plus 0020144292_01