OPMERKING
Wanneer u de locatie waar afdruktaken worden opgeslagen wijzigt, worden alle opgeslagen taak-,
macro-, stream- en lettertypegegevens verwijderd uit het geheugen van het apparaat.
5. Houd [OK] gedurende twee seconden ingedrukt om te initialiseren.
Het apparaat wordt opnieuw opgestart om de functie Afdrukken via USB-opslag te activeren.
OPMERKING
Wanneer het apparaat opnieuw wordt opgestart om de functie Afdrukken via USB-opslag te activeren,
worden de macro-, stream- en lettertypegegevens verwijderd van het USB-flashstation.
6. Voltooi in de printerdriver de instellingen voor de optie Afdruk beveiligen en voer de afdrukopdracht uit in uw
toepassing.
7. Veeg naar links of rechts of druk op d of c op het bedieningspaneel van het apparaat om de optie
[Beveiligd afdrukken] weer te geven en druk er vervolgens op
8. Veeg omhoog of omlaag of druk op a of b om de gebruikersnamen weer te geven en druk vervolgens op uw
gebruikersnaam.
9. Voer uw viercijferig wachtwoord in en druk vervolgens op [OK].
10. Veeg omhoog of omlaag of druk op a of b om de afdruktaak weer te geven en druk er vervolgens op.
11. Voer het gewenste aantal exemplaren in en druk vervolgens op [OK].
12. Druk op [Start].
Het apparaat drukt de gegevens af en verwijdert de afdrukgegevens uit het USB-flashstation.
BELANGRIJK
Koppel het USB-flashstation NIET los van de USB-poort (achteraan) tot het apparaat klaar is met afdrukken.
Verwante informatie
•
Afdrukken
Gerelateerde onderwerpen:
•
Fout- en onderhoudsmeldingen
78