Let er tijdens het boren van de montagegaten resp. het vastschroeven op dat
er geen aanwezige kabels of leidingen worden beschadigd.
Steek, indien nodig, de 3 pluggen in de boorgaten.
Bevestig de beugel op de gewenste plaats met de bijgevoegde 3 schroeven.
Pak de camera en schroef het schroefgat (I) op de schroefdraad van de came-
rabeugel.
Draai de kartelmoer op de schroefdraad van de camerabeugel tegen het
schroefgat (I) van de camera om deze te vergrendelen.
12.2 Montage van de zonnecel
Monteer de zonnecel alleen op een stabiele ondergrond.
Kies de montageplek zodanig dat deze tegen sabotagepogingen aan de zon-
necel beschermd is. De zonnecel moet daarom op een minimum hoogte van
2,5 m worden gemonteerd.
De zonnecel mag maximaal 3 m van de camera worden gemonteerd (afhanke-
lijk van de lengte van de USB-aansluitkabel).
Als er pluggen nodig zijn om de zonnecelbeugel (zwart) op de montageplaats
te bevestigen (afhankelijk van de plaats), markeer dan de exacte positie van de
drie boorgaten door de beugel.
Als de beugel op een muur wordt gemonteerd, dan moet deze zo worden uit-
gelijnd dat twee van de drie bevestigingsgaten naar boven wijzen. Dit zorgt
voor de beste stabiliteit. Bij de zonnecelbeugel kan het kogelgewricht later vrij
worden ingesteld.
Let er tijdens het boren van de montagegaten resp. het vastschroeven op dat
er geen aanwezige kabels of leidingen worden beschadigd.
Steek, indien nodig, de 3 pluggen in de boorgaten.
Bevestig de muurbeugel met de meegeleverde 3 schroeven op de gewenste
plaats.
16