Inhoudsopgave
Advertenties
Bediening
• Vermijd open deuren en ramen.
Bedieningspaneel
14
20
21 22
31
32
30
Nr. Aanduiding
Betekenis
14 Ontvanger voor
Het apparaat ontvangt hier het IR-
afstandsbediening
signaal van de afstandsbediening
(alleen PAE 11)
20 LED's
Indicatie ventilatorsnelheid
Ventilatorsnelheid
Niveau 1 = laag
Niveau 2 = middelmatig
Niveau 3 = hoog
21 LED Luchtkoeling Brandt bij geactiveerde bedrijfsmodus
luchtkoeling
22 LED Ventilatie
Brandt bij geactiveerde bedrijfsmodus
ventilatie
23 LED
Brandt bij geactiveerde bedrijfsmodus
Luchtverfrissing
luchtverfrissing
24 LED Nachtmodus Brandt bij geactiveerde nachtmodus
25 LED's Uren
Brandt bij geactiveerde timer voor
automatisch uitschakelen
26 LED Swing
Brandt bij geactiveerde swing-functie
27 Toets Swing
Swing-functie in- of uitschakelen
28 Toets Timer
Timer-functie in- of uitschakelen:
1 uur, 2 uur, 4 uur, 8 uur
29 Toets Mode
Keuzetoets voor de bedrijfsmodi
ventilatie, luchtverfrissing en
nachtmodus
30 Toets Luchtkoeling Bedrijfsmodus luchtkoeling in- of
uitschakelen
31 Toets
Ventilatorsnelheid instellen
Ventilatorsnelheid
Verdampingsfilter-droogfunctie
inschakelen
32 Toets On / Off
Apparaat in- of uitschakelen
NL
23 24
25
26
28
27
29
luchtkoeler PAE 11 / PAE 12
Apparaat inschakelen
Nadat het apparaat klaar voor gebruik is opgesteld, zoals in
hoofdstuk inbedrijfstelling is beschreven, kan het worden
ingeschakeld.
1. Druk op de toets On / Off (32).
ð Het apparaat start in de bedrijfsmodus ventilatie met
ventilatorsnelheid 1.
ð De LED's Ventilatie (22) en Ventilatorsnelheid 1 (20)
branden.
Bedrijfsmodus instellen
Het apparaat beschikt over de volgende bedrijfsmodi:
• Luchtkoeling
• Ventilatie
• Luchtverfrissing
• Nachtmodus
Luchtkoeling
De bedrijfsmodus luchtkoeling kan bij alle bedrijfsmodi tegelijk
worden ingeschakeld.
Bij de bedrijfsmodus luchtkoeling wordt de pomp ingeschakeld
en het water via het verdampingsfilter verdeeld, om de
circulerende lucht te koelen.
Ga als volgt te werk, voor het inschakelen van de Luchtkoeling:
1. Druk op de toets Luchtkoeling (30).
ð De LED Luchtkoeling (21) brandt.
ð De pomp wordt ingeschakeld.
2. Druk op de toets Ventilatorsnelheid (31), voor het instellen
van de gewenste ventilatorsnelheid (1 tm. 3).
3. Druk opnieuw op de toets Luchtkoeling (30), als u de
Luchtkoeling wilt uitschakelen.
ð De LED Luchtkoeling (21) gaat uit.
ð Het apparaat draait verder in de eerder ingestelde
bedrijfsmodus.
Let op
Tijdens de bedrijfsmodus Luchtkoeling mogen het
lucht- en verdampingsfilter niet worden verwijderd,
omdat anders het water uit het filter in het apparaat
druppelt.
Ventilatie
In de bedrijfsmodus ventilatie kunnen alle 3 snelheidsniveaus
handmatig worden gekozen. Tevens kan de luchtkoeling worden
ingeschakeld.
Ga als volgt te werk voor het instellen van de ventilatie:
1. Druk op de toets Mode (29), tot de LED Ventilatie (22)
brandt.
2. Voor het instellen van de ventilatorsnelheid, drukken op de
toets Ventilatorsnelheid (31), tot de LED voor de gewenste
Ventilatorsnelheid (20) brandt.
9
Advertenties
Inhoudsopgave
