6.
Trek de lamp langzaam aan de hendel uit de
projector.
•
Als u te snel trekt, kan de lamp breken waardoor
glasscherven in de projector terecht kunnen komen.
•
Plaats de lamp niet in de buurt van water, binnen het
bereik van kinderen, of bij ontvlambare stoffen.
•
Steek uw handen niet in de projector nadat de lamp is
verwijderd. Als u de optische componenten aan de
binnenkant aanraakt, kan dit kleurafwijkingen en
vervormingen opleveren in het geprojecteerde beeld.
7.
Plaats de nieuwe lamp zoals dit in de
afbeelding is aangegeven. Richt de
lampaansluiting en twee scherpen punten op
de projector en druk de lamp voorzichtig
vast.
8.
Maak de schroeven vast die de lamp
bevestigen.
9.
Zorg dat de hendel volledig plat ligt en goed
vast op z'n plek zit.
•
Een losse schroef kan tot een slechte verbinding leiden,
met storingen tot gevolg.
•
Draai de schroef niet te vast.
10.
Vervang de lampklep van de projector.
11.
Draai de schroef vast die de lampklep
bevestigt.
•
Een losse schroef kan tot een slechte verbinding leiden,
met storingen tot gevolg.
•
Draai de schroef niet te vast.
12.
Sluit het netsnoer aan en start de projector.
Schakel de stroom nooit in wanneer het deksel van de lamp is verwijderd.
62
Onderhoud
2
1
2