∫ Condities waarin er een ander
mapnummer gebruikt wordt
In de volgende gevallen wordt het beeld niet
in dezelfde map opgenomen als het eerder
opgenomen beeld. Het wordt opgenomen in
een map met een nieuw nummer.
1 Wanneer de map waarin net een beeld in
opgenomen is een beeldbestand bevat
met het nummer 999 erin
(voorbeeld: P1000999.JPG).
2 Als de net opgenomen kaart bijvoorbeeld
een map bevat met het nummer 100
[100_PANA] erop en u verwijdert deze
kaart en vervangt deze door een kaart
met een mapnummer 100 dat
opgenomen is met een andere camera
van een andere fabrikant (100XXXXX,
met XXXXX als fabrikant) en dan een
beeld op deze kaart opslaat.
3 Wanneer u opneemt nadat u [NR.
RESET] hebt gekozen in het [SET-UP]
menu. (Beelden zullen worden
opgenomen in een nieuwe map met een
nummer dat volgt op de map waar
onmiddellijk daarvoor in opgenomen is.
Door [NR. RESET] te gebruiken met een
kaart die geen mappen of opnamen
bevat, zoals een net geformatteerde
kaart, kan het mapnummer teruggezet
worden naar 100.)
∫ Over de PTP-aansluiting
Als u werkt met "Windows XP",
"Windows Vista" of "Mac OS X" kunt u niet de
PTP-functie niet gebruiken als u de camera
instelt op de [
] functie en deze dan
aansluit op de PC.
• Beelden kunnen alleen afgelezen worden op
het toestel. Ze kunnen niet op een kaart
geschreven worden of gewist worden.
• Wanneer er 1000 of meer opnamen op een
kaart staan, zouden de opnamen niet
geïmporteerd kunnen worden.
Aansluiten op andere apparatuur
]
• Geen enkele andere USB-kabel gebruiken
dan de meegeleverde kabel.
• De USB-kabel niet losmaken terwijl
[TOEGANG] afgebeeld wordt.
• Als er veel beelden zitten in het ingebouwde
geheugen kan het even duren voordat ze
allemaal zijn overgeschreven.
• Het kan zijn dat u geen bewegende beelden
kunt afspelen met het ingebouwde
geheugen of met de kaart als de camera is
aangesloten op een PC. Schrijf de
bestanden met bewegende beelden eerst
naar de PC en speel ze dan af.
• Als de batterijstroom laag is terwijl het
toestel en de PC communiceren, kunnen de
opgenomen gegevens beschadigd raken.
Wanneer u de fotocamera op de PC
aansluit, een batterij gebruiken met
voldoende stroom of de AC-adapter
(optioneel).
• Als het resterend batterijvermogen laag
wordt terwijl de camera en de PC
communiceren, klinkt er een alarmsignaal.
Stop de communicatie in dat geval
onmiddellijk via de PC.
• Wanneer u het toestel op een "Windows
2000" OS PC aansluit met de USB-kabel,
de kaart niet vervangen terwijl het toestel
en de PC verbonden zijn. De informatie
op de kaart kan beschadigd worden.
Gebruik "Hardware veilig verwijderen" in
de takenbalk van uw PC als u de kaart
wenst te vervangen.
• Opnamen die bewerkt of omgedraaid zijn
met een PC kunnen zwart afgebeeld worden
tijdens het terugspelen, in de meervoudige
terugspeelfunctie en in de
kalenderterugspeelfunctie.
• De gebruiksaanwijzingen voor de PC lezen.
• Als er geen kaart in het toestel zit wanneer
dit op de PC aangesloten wordt, kunt u de
beeldgegevens in het ingebouwde
geheugen bewerken of openen. Als er een
kaart in het toestel zit, kunt u de
beeldgegevens erop bewerken of openen.
- 144 -