Pas op dat de auto niet slipt op een
besneeuwde of beijzelde weg!
Breng sneeuwkettingen of sneeuwbanden
(1)
aan.
(2) Op een brug, in de schaduw, in de buurt van
water, aan het uiteinde van een tunnel enz.
ontstaat er gemakkelijk ijzel. Vertraag voor u
zo'n plaats nadert en rem niet plots of draai
niet plots aan het stuur.
Slippen
2. Bewaar een veilige afstand van de
andere weggebruiker!
Het remvermogen is kleiner op een besneeuwde
of beijzelde weg, doordat de banden minder grip
hebben op de weg.
3. Verwijder eventuele sneeuw uit de wielkast!
De sneeuw in de wielkast kan een blok vormen
en moet snel verwijderd worden.
4.
Test hei remvermogen!
Trap de rempedaal lichtjes in om het
remvermogen te testen. Het remvermogen neemt
immers af als het remsysteem is bevroren.
MSO-0259
Onderhoud in de winter
Parkeer de auto met de voorkant tegen de
wind in!
2. Haal de handrem niet aan.
Als u de handrem aanhaalt, kan het remsysteem
bevriezen. Zet een auto met een handgeschakelde
versnellingsbak in de
e versnelling of in achteruit.
l
Bij een auto met een automatische versnellingsbak
zet u de keuzehendel in P.
3. Plaats wiggen onder de banden zodat de
auto niet kan bewegen!
4. Zet de ruitenwissers naar omhoog zodat
ze niet kunnen vastvriezen op de ruit!
5. Parkeer de auto niet onder een dak of een
boom.
Het autodak kan gaan doorhangen door het
gewicht van de sneeuw.