Gebruik
• Het beschermrooster (variant) en het
beschermdak moeten onbeschadigd en
stevig bevestigd zijn.
• Voorzetapparatuur (variant) moet goed zijn
gemonteerd en moet volgens de bijbeho-
rende bedieningsinstructies werken.
• Alle informatiestickers dienen aanwezig en
leesbaar te zijn. Beschadigde of ontbre-
kende stickers moeten worden vervangen
volgens het overzicht in het hoofdstuk "Po-
sities van labels".
• Alle waarschuwingseenheden (bijv.
claxon) moeten in perfecte staat verke-
ren en goed functioneren.
• Controleer de zichtbare gedeeltes van het
hydraulisch systeem en de hydrauliekolie-
tank op beschadiging en lekkage. Bescha-
digde slangen moeten worden vervangen
door het geautoriseerde servicecentrum.
• De batterij moet stevig vergrendeld zijn.
• Controleer de batterijstekker op beschadi-
ging (bijv. scheuren, breuken of vervorming
van het huis, verbogen of beschadigde con-
tacten). Laat de batterijstekker indien nodig
vervangen door het geautoriseerde serv-
icecentrum.
• De batterijdeur moet goed gesloten en
stevig vergrendeld zijn.
• De grendels van de batterijvergrendeling,
de batterijdeur en het batterijdeksel mogen
niet beschadigd of vervormd zijn.
• Het batterijdeksel moet goed gesloten en
stevig vergrendeld zijn.
• Het batterijdeksel en de batterijdeur mogen
geen tekenen van beschadiging vertonen
(bijv. scheuren of breuken).
• Treden moeten schoon en vrij van ijs zijn.
• De ruiten (variant, bijv. voorruit) moeten
schoon en vrij van ijs zijn.
• Afhankelijk van de banden is de heftruck
voorzien van een antistatische strip. De
antistatische strip mag niet beschadigd zijn.
Bovendien moet hij schoon zijn en lang
genoeg om de grond te raken
• Een aanhangerkoppeling (variant) mag
geen tekenen van beschadiging vertonen
(bijv. verbogen koppelpen, scheuren,
breuken). Elke verwijderbare koppelpen
Controles en werkzaamheden voorafgaand aan de ingebruikname
55048011506 [NL]
5
71