Het moederbord vervangen
GEVAAR: Volg de veiligheidsinstructies die bij de computer werden geleverd
alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert en volg de stappen
in
Voordat u in de computer gaat
computer volgt u de instructies in
Raadpleeg voor meer informatie over aanbevolen procedures op het gebied
van veiligheid onze website over de naleving van wet- en regelgeving op
www.dell.com/regulatory_compliance.
OPMERKING: Het serviceplaatje van uw computer bevindt zich op het
moederbord. U moet het serviceplaatje invoeren in het BIOS-
setupprogramma als u het moederbord hebt teruggeplaatst.
OPMERKING: Wanneer het moederbord wordt vervangen, worden alle
wijzigingen die u hebt aangebracht in het BIOS met behulp van het BIOS
Setup-programma ongedaan gemaakt. U moet de gewenste wijzigingen
nogmaals aanbrengen nadat u het moederbord hebt vervangen.
Procedure
1
Richt de schroefgaten in het moederbord op de schroefgaten in het middelste
frame.
2
Plaats de vijf schroeven (M3x5) terug waarmee het moederbord aan het
middelste frame wordt bevestigd.
3
Sluit de microfoonkabel (DMIC1), de camerakabel (WEBCAM), kabel van de I/O-
kaart aan de zijkant (MB-SUSBC), kabel van de mediakaartlezer (SDRDC1),
kabel van de luidspreker (SPEAKER), kabel van de subwoofer (WOOFC1),
stroomkabel van de I/O-kaart (RPWRC1), kabel van de I/O-kaart (LAUOC1),
USB Type-C-kabel (MB-TYPEC1), stroomkabel van de harde schijf
(SATA_PWR1) en I/O-kabel (RUSBC1) aan de respectievelijke aansluitingen op
het moederbord.
4
Sluit de gegevenskabel van de harde schijf (SATA0), stroomkabel (MB-DCPWR),
de kabel van de kaart met de aan-uitknop (0SDC1), de beeldschermkabel (MB-
DISPC) en stroomkabel van de ventilator (FAN_SYS) aan op de respectievelijke
aansluitingen op het moederbord.
werken. Na het werken binnen uw
nadat u in uw computer heeft
gewerkt.
101