Onderhoud en verhelpen van fouten
7
Onderhoud en verhelpen van fouten
34
Kwalificatie van gebruiker: geschoolde gebruiker, zie
n
„Kwalificatie van gebruiker" op pagina 21
WAARSCHUWING!
Gevaar door een gevaarlijke stof!
Mogelijk gevolg: overlijden of zeer ernstig letsel.
Houdt u bij de omgang met gevaarlijke stoffen de
actuele veiligheidsinformatiebladen van de fabrikant van
de gevaarlijke stof bij de hand. In het veiligheidsinforma‐
tieblad staan de vereiste maatregelen vermeld. Aange‐
zien op basis van nieuwe kennis het gevarenpotentieel
van een stof op elk moment opnieuw kan worden geëva‐
lueerd, moet het veiligheidsinformatieblad geregeld
worden gecontroleerd en indien nodig worden ver‐
vangen.
De exploitant van de installatie moet ervoor zorgen dat
er een actueel veiligheidsinformatieblad beschikbaar is
en dat de daarmee samenhangende risicobeoordelingen
van de desbetreffende werkplekken worden opgesteld.
WAARSCHUWING!
Onderdelen onder spanning
Oorzaak: Gebrekkig uitgevoerde installatiewerkzaam‐
heden kunnen tot gevaar door elektrische stroom leiden.
Mogelijke gevolgen: Dood of zeer ernstig letsel.
Maatregel: Zorg bij alle onderhouds- en reparatiewerk‐
zaamheden voor een netscheiding. De geleiding van de
aarding moet regelmatig door metingen worden gecon‐
troleerd. Alle werkzaamheden moeten volgens de gel‐
dende wettelijke internationale en nationale voor‐
schriften, wetten en normen worden uitgevoerd. Voor het
aanhouden en de toepassing is de exploitant van het
systeem verantwoordelijk.
VOORZICHTIG!
Waarschuwing voor rondspuitend doseermedium
Door de druk in de doseereenheid en de aangrenzende
installatiedelen kan er uit de hydraulische onderdelen
doseermedium spuiten wanneer deze worden gemani‐
puleerd of geopend.
–
Haal de netstekker uit het stopcontact en zorg dat
de pomp niet onbedoeld weer wordt aangesloten.
–
Maak vóór alle werkzaamheden de hydraulische
onderdelen van de installatie drukloos.
1.
De doseerkoppen, pulsatiedempers, ventielen en het leidingwerk
leegmaken en doorspoelen.
2.
Belangrijke reserveonderdelen moeten bij het doseersysteem
worden bewaard, onder andere de reserveonderdeel- en slijtdeel‐
sets van de pompen en de reserveonderdelen van alle andere sys‐
teemonderdelen.
Ä Hoofdstuk 2.1