5. Onderhoud en reparatie
Motor
Motoroliepeil controleren
Voor iedere ingebruikname en steeds
na 5 bedrijfsuren.
Alleen bij afgezette en horizontaal
staande motor
olievuldop (C/4 of D/4) en omgeving
aan de buitenkant reinigen
olievuldop losschroeven, oliepeilstok
met een schone doek afvegen en weer
inschroeven tot de aanslag
oliepeilstok uitnemen en oliepeil afle-
zen (afb. E)
Is het oliepeil tot beneden de marke-
ring 'min.' gedaald, motorolie (zie 'techni-
sche gegevens') tot markering 'max.'
bijvullen
– niet laten overlopen!
E
oliepeilstok
Motorolie verversen
Voor de eerste keer na 5 bedrijfsuren,
dan om de 50 bedrijfsuren of eens per
jaar, afhankelijk van welk tijdstip het eerst
bereikt is. Bij intensief gebruik en bij hoge
buitentemperaturen moet de olie al na 25
uur worden ververst.
Uitgave 12.96
olievulhals
Universele maaier 9200
voor het aftappen van de olie moet de
aftapplug (19) worden geopend en de
afgewerkte olie in een daarvoor geschikte
bak worden opgevangen
19
19 motorolie-aftapplug
afgewerkte olie op de voorgeschreven
wijze verwerken!
Aftapplug terugplaatsen en vast-
draaien
olievulschroef (C/4 of D/4) openen en
schone motorolie bijvullen.
Hoeveelheid en kwali-
teit zie technische ge-
gevens.
Vul de olie zoveel mo-
gelijk bij met een trech-
ter of iets dergelijks.
Ververs de olie zolang de motor nog
warm is, maar niet te heet – kans op
brandwonden!
23