9. EEN ECG OPNEMEN
Patiënt voorbereiden
Voordat de elektroden worden geplaatst, moet de patiënt volledig bekend zijn met de procedure en wat er van hem
of haar wordt verwacht.
•
Privacy is erg belangrijk om ervoor te zorgen dat de patiënt ontspannen is.
•
Overtuig de patiënt ervan dat de procedure pijnloos is en dat de elektroden op de huid het enige is dat
ze ervan voelen.
•
Zorg ervoor dat de patiënt prettig ligt. Leg op een smalle tafel de handen van de patiënt onder de
billen, zodat de spieren ontspannen zijn.
•
Vraag de patiënt stil te liggen en niet te praten als alle elektroden zijn geplaatst. Schokken, rillen of
spiertremors kunnen de ECG-resultaten storen. Het uitleggen van het proces kan de patiënt helpen bij het
ontspannen wat helpt een goede ECG te maken.
Huid van de patiënt voorbereiden
Een goede voorbereiding van de huid is erg belangrijk. Het huidoppervlak heeft een natuurlijke weerstand door haar,
olie en droge, dode huid. De huidvoorbereiding is bedoeld om deze effecten te minimaliseren en de kwaliteit van het
ECG-signaal te optimaliseren.
Huid voorbereiden:
•
Knip of scheer overtollig haar van de elektrodenlocatie weg, indien nodig.
•
Was de locatie met warm water en zeep.
•
Droog de huid goed af met 2x2 of 4x4 gaas om dode huidcellen en olie te verwijderen en de doorbloeding
te verbeteren.
Opmerking: Beschadig de huid van oudere en zwakke patiënten niet om pijn en blauwe plekken te
voorkomen. Ga altijd discreet te werk bij de voorbereiding van de patiënt.
Patiënt aansluiten
Voor een geslaagde ECG is het van belang dat de elektroden correct worden geplaatst.
Een goed en laag impedantiepad zorgt voor de beste, ruisvrije golfvormen. Kwalitatief hoogwaardige (zilver-)
zilverchloride-elektroden (Ag/AgCl), vergelijkbaar met die van Welch Allyn, worden aangeraden.
Tip: De elektroden moeten in een luchtdichte bak worden bewaard. Elektroden drogen uit als deze niet
correct worden bewaard waardoor ze minder goed kleven en geleiden.
De elektroden plaatsen
1.
Maak de armen en benen van de patiënt vrij om de afleidingen op de extremiteiten te plaatsen.
2.
Plaats de elektroden op een vlak en vlezig deel van de armen en benen.
3.
Als een arm of been is afgezet, worden de elektroden op een doorbloed gebied van de stomp geplaatst.
4.
Plak de elektroden op de huid. Test of de elektrode stevig vastzit door er even aan te trekken. Als de
elektrode loslaat, moet deze worden vervangen. Als de elektrode vast blijft zitten, is de verbinding goed.
Tip: Controleer het scherm op mededelingen over problemen met afleidingen.
Voor een juiste plaatsing en bewaking van de precordiale afleidingen (V of C) is het belangrijk de 4
te bepalen. Om de 4
e
intercostaalruimte te kunnen bepalen moet echter eerst de 1
Aangezien de lichaamsvorm van patiënten verschilt, is het moeilijk de 1
e
intercostaalruimte worden bepaald.
e
intercostaalruimte met zekerheid te palperen;
e
intercostaalruimte
63