Verwarmingselementen/braad-
zone automatisch uitschakelen
U kunt een tijd instellen waarna een ver-
warmingselement/braadzone automa-
tisch wordt uitgeschakeld. De functie
kan voor alle verwarmingselementen/
braadzones gelijktijdig worden gebruikt.
De uitschakeltijd wordt op het bedie-
ningspaneel van het verwarmingsele-
ment/de braadzone ingesteld dat au-
tomatisch moet worden uitgescha-
keld.
Het verwarmingselement/de braadzo-
ne wordt door de veiligheidsuitscha-
keling (zie hoofdstuk: "Beveiligingen",
paragraaf: "Oververhittingsbeveili-
ging") uitgeschakeld als de gepro-
grammeerde tijd langer is dan de
maximaal toegestane gebruiksduur.
Stel voor het gewenste verwarmings-
element/de gewenste braadzone een
vermogensstand in.
Raak sensortoets aan.
Het controlelampje begint te knipperen.
Stel de gewenste tijd in.
Als u een uitschakeltijd voor nog een
verwarmingselement/braadzone wilt
instellen, gaat u net zo te werk als in
het voorgaande is beschreven.
Als meerdere uitschakeltijden gepro-
grammeerd zijn, wordt de kortste rest-
tijd weergegeven en knippert het des-
betreffende controlelampje. De andere
controlelampjes branden statisch.
Wanneer u de op de achtergrond af-
lopende resttijden wilt zien, raak dan
sensortoets zo vaak aan tot het
controlelampje van het gewenste ver-
warmingselement/de gewenste
braadzone knippert.
Uitschakeltijd wijzigen
Raak sensortoets zo vaak aan tot
het controlelampje van het gewenste
verwarmingselement/de gewenste
braadzone knippert.
Stel de gewenste tijd in.
Uitschakeltijd wissen
Raak sensortoets zo vaak aan tot
het controlelampje van het gewenste
verwarmingselement/de gewenste
braadzone knippert.
Tip de 0 op het bedieningspaneel
aan.
Timer
25