Gebruiksaanwijzing
Patiëntbewaking 129
Opmerking In situaties waarbij u de manchet niet ter hoogte van het hart
kunt plaatsen, dient u de metingen als volgt aan te passen
voor grotere nauwkeurigheid. Voor elke inch (2,54 cm) die de
manchet hoger zit dan het hart, verhoogt u de waarde van de
weergegeven meting met 1,8 mmHg. Voor elke inch (2,54
cm) die de manchet lager zit dan het hart, verlaagt u de
waarde van de weergegeven meting met 1,8 mmHg. Het is
belangrijk dat de aanpassing in het patiëntenrecord wordt
gedocumenteerd.