Inhoudsopgave
Advertenties
2
Selecteer [Lade 1], en druk op
3
Selecteer het formaat van het papier dat in de lade ligt en druk op
U kunt op het scherm bladeren om papierformaten (bijvoorbeeld enveloppen) te zien die in eerste instantie
buiten het scherm vallen.
Als papier van het formaat A5 is geladen
Als papier in de liggende afdrukrichting is geladen, selecteert u [A5]. Als papier in de staande afdrukrichting
is geladen, selecteert u [A5R].
Liggende afdrukrichting (A5)
Als niet-standaard papierformaat (aangepast formaat) is geladen
1
Selecteer [Aangepast], en druk op
2
Selecteer [X]
3
Voer de waarden bij [Y] op dezelfde manier in als bij [X].
Wanneer veelgebruikte niet-standaard papierformaten zijn geregistreerd, wordt het geregistreerde
formaat als papierformaat weergegeven.
registreren(P. 163)
4
Selecteer [<Toepassen>], en druk op
Als het ingestelde papierformaat niet zichtbaar is
Druk op [<Overige formaten>], op
4
Selecteer het type papier dat in de lade is geplaatst en druk op
Basishandelingen
.
Staande afdrukrichting (A5R)
.
voer de waarden in [X]
Niet-standaard papierformaat (aangepast papier)
.
, en selecteer het papierformaat uit de weergegeven lijst.
154
in.
.
.
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
