De volgende veiligheidswaarschuwingen en voorzorgsmaatregelen moeten gelezen worden en begrepen zijn voordat het
instrument gebruikt wordt. Ze moeten in acht worden genomen tijdens het gebruik
Het geteste circuit moet uitgeschakeld, stroomloos en geïsoleerd zijn voordat de testaansluitingen worden gemaakt bij het uitvoeren
n
van isolatie- en continuïteittest.
De continuïteit van beveiligingsgeleiders en geaarde potentiaalvereffening van nieuwe of gewijzigde installaties moeten worden
n
gecontroleerd voordat een impedantietest, een ALS-test of aardingstest wordt uitgevoerd.
Raak de ongeisoleerde delen van het circuit niet aan tijdens het testen omdat er gevaarlijke spanningen kunnen ontstaan vanwege
n
een mogelijk defect in een installatie
Raak nooit de aardingspennen, testkabels en hun aansluitpunten aan (inclusief aansluitingen op het geteste aardingssysteem)
n
wanneer zich een aardfout kan voordoen, tenzij geschikte voorzorgsmaatregelen zijn genomen.
De waarschuwing voor onder stroom staande circuits en automatische ontlading zijn aanvullende veiligheidsfuncties en mogen niet
n
worden beschouwd als vervanging voor normale, veilige werkmethoden.
Verander nooit de stand van de draaiknop terwijl een test wordt uitgevoerd.
n
Gebruik het instrument nooit als instrument zichtbare schade vertoont of langere tijd onder ongunstige omstandigheden
n
opgeborgen is geweest en sluit het nooit aan op een installatie.
Gebruik het instrument niet en sluit het nooit aan op installatie wanneer het batterijvak of de behuizing open is of enig deel van
n
de behuizing (inclusief het toetsenbord, de selectieschakelaar, het display etc.) ontbreekt.
Koppel het instrument altijd los van de installatie wanneer de batterijen worden opgeladen of de zekering wordt vervangen.
n
Vervang nooit de oplaadbare batterijen in de MFT1835 door niet-oplaadbare "droge" batterijen om vervolgens te proberen deze op
n
te laden. Dit kan leiden tot explosie of brand.
Gebruik de met de MFT1835 meegeleverde laadapparatuur nooit in vochtige of natte omgevingen of buiten. Voor het laden
n
moeten alle testsnoeren van het instrument worden verwijderd.
Na isolatietests moeten capacitieve circuits worden ontladen voordat de testkabels worden losgehaald.
n
De isolatietest mag alleen worden vergrendeld wanneer er geen risico bestaat dat het circuit een capacitieve lading heeft.
Het instrument mag niet worden gebruikt wanneer er onderdeel ervan beschadigd is.
n
Testkabels, testpennen en krokodilklemmen moeten schoon zijn, in goede staat verkeren en mogen geen gebroken of beschadigde
n
isolatie hebben.
Alle met het instrument meegeleverde testkabels zijn onderdeel van het meetcircuit van het instrument. Ze mogen op geen enkele
n
manier worden aangepast of gewijzigd of worden gebruikt in combinatie met een ander instrument of apparaat.
Een van de voedingskabel losgekomen stekker MOET worden vernietigd, aangezien een stekker met blootliggende geleiders in een
n
stroomvoerend stopcontact gevaar oplevert.
Blijf tijdens het testen met de handen achter de beschermers van pennen/klemmen.
n
De Britse veiligheidsautoriteiten bevelen het gebruik van gezekerde testkabels aan voor het meten van de spanning op
n
hoogspanningssystemen.
Vervangende zekeringen moeten van het juiste type zijn en de juiste waarde hebben.
n
Het niet gebruiken van een zekering met de juiste waarde zal bij overbelasting leiden tot schade aan het instrument.
n
Bij situaties waarin stroomvoerende aardverbindingen kunnen worden aangetroffen zijn speciale voorzorgsmaatregelen vereist:
n
gebruik isolatieschakelaars en zekeringen (niet meegeleverd met het instrument).
VEILIGHEIDSVOORZORGEN ONDER SPANNING STAANDE AARDVERBINDINGEN
Een aardverbinding is een verbinding die aangesloten zit aan de netvoeding en onder storingsomstandigheden lekstroom laat
wegvloeien. Naast de eerder vermelde waarschuwingen gelden hierbij de volgende waarschuwingen.
Alle betrokken personen moeten bekend zijn met de isolatie- en veiligheidsprocedures voor het betreffende systeem. Ze moeten
n
erop worden gewezen dat de aardelektrode, testpennen, testkabels of hun aansluitpunten niet mogen worden aangeraakt
wanneer er sprake kan zijn van stroomvoerende aardverbindingen. Aanbevolen wordt om rubberen handschoenen en schoenen
met rubberen zolen te dragen en om op een rubberen mat te staan.
De geteste aardelektrode moet voordat het testen begint worden losgekoppeld van het circuit zodat er juist getest kan worden.
n
Als dit niet mogelijk is, kan de ART-methode (Attached Rod Technique) worden gebruikt om de weerstand van de aardelektrode
te meten.
Het instrument moet op het geteste systeem worden aangesloten via zekeringen met voldoende capaciteit voor de maximale
n
foutspanningen en -stromen die in de installatie kunnen optreden.
OPMERKING: HET INSTRUMENT MAG UITSLUITEND WORDEN GEBRUIKT DOOR DAARVOOR OPGELEIDE
Gebruikers van deze apparatuur en/of hun werkgevers worden erop gewezen dat ze, in overeenstemming met de gezondheidsen
veiligheidsregels, geschikte risicobeoordelingen moeten uitvoeren bij alle werkzaamheden aan elektrische systemen, zodat
mogelijke bronnen van gevaar en letsel zoals onverwachte kortsluitingen worden geïdentificeerd. Wanneer uit de beoordelingen
blijkt dat er aanzienlijke risico's zijn, moeten gezekerde testkabels worden gebruikt in overeenstemming met HSE-richtlijn GS38,
"Elektrische testapparatuur voor gebruik door elektriciens".
G
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN
EN VAKKUNDIGE PERSONEN
3