Activeer de modus Bluetooth
op [ ] (2) te drukken:
U kunt ook op [BT] op de afstandsbediening drukken om
rechtstreeks over te schakelen naar deze gebruiksmodus.
13.1 De eerste maal een Bluetooth
stand brengen (pairing/koppelen)
• Controleer of uw eindapparaat met Bluetooth®-
functie is ingeschakeld en of de Bluetooth®-functie is
geactiveerd.
• Druk op [ ] (1) om naar het menu met de instellingen
te gaan.
• Navigeer met behulp van [POWER/VOLUME/ENTER/
NAVIGATE] (9) naar het menu-item "Setup Bluetooth".
• Open op uw eindapparaat de Bluetooth
wacht tot in de lijst de gevonden Bluetooth
DIT1010SBT worden weergegeven.
• Start zo nodig het zoeken naar Bluetooth®-apparaten
op uw eindapparaat.
• Selecteer DIT1010SBT en wacht tot de tuner als
"verbonden" wordt weergegeven in de Bluetooth
instellingen van uw eindapparaat.
• Ook op het display van de tuner wordt uw eindapparaat
als "verbonden" aangeduid.
• Start en regel het afspelen van audio via het
eindapparaat.
Aanwijzing – Bluetooth
Sommige toestellen hebben voor het tot stand brengen
van de verbinding met een ander Bluetooth
password nodig.
• Voer voor de verbinding met de luidspreker het
wachtwoord 0000 in als uw eindapparaat daarnaar
vraagt.
13.2 Automatische Bluetooth
reeds uitgevoerde pairing/koppeling)
• Eindapparaten die al eerder met de tuner verbonden zijn
geweest, worden automatisch in de radio opgeslagen.
op de tuner door meermaals
®
[ ]
-verbinding tot
®
-instellingen en
®
-apparaten
®
®
®
wachtwoord
-toestel een
®
-verbinding (na een
®
Aanwijzing – Verbinding stagneert
Nadat de eerste verbinding tussen eindapparaat en
tuner succesvol tot stand is gebracht, wordt deze in het
vervolg automatisch uitgevoerd. Indien de Bluetooth
verbinding echter niet wederom automatisch tot stand
wordt gebracht, dienen de hieronder vermelde punten te
worden gecontroleerd:
• Controleer in de Bluetooth®-instellingen van uw
eindapparaat of DIT1010SBT verbonden is. Is dit
niet het geval, dan herhaalt u de onder "De eerste
maal een Bluetooth
(koppelen)" genoemde stappen.
• Controleer of het eindapparaat en de tuner zich op
minder dan 10 meter afstand van elkaar bevinden. Is
dit niet het geval, dan reduceert u de afstand tussen
de beide toestellen.
• Controleer of hindernissen het bereik negatief
beïnvloeden. Indien dit het geval is, plaatst u de
toestellen dichter bij elkaar.
13.3 Bluetooth®-verbinding verbreken
-
• Selecteer dan door draaien van [POWER/VOLUME/
ENTER/NAVIGATE] (9) de toets JA en bevestig
het verbreken van de Bluetooth-verbinding door op
[POWER/VOLUME/ENTER/NAVIGATE] (9) te drukken.
19
-verbinding tot stand brengen
®
[ ]
Hoofdmenu
Verbinding verbreken
-
®