Brandbeveiliging
•
Verwijder alle ontvlambare materialen uit de werkomgeving voordat u het lasapparaat gaat ge-
bruiken.
•
Las nooit brandstoftanks of vergelijkbare behouders voor explosieve of ontvlambare stoffen.
Doe dit uitsluitend indien deze eerst zorgvuldig gereinigd zijn en ervoor gezorgd werd dat zich
daarin geen residuen van vloeistoffen of gassen bevinden. Brandstoftanks dienen voor het las-
sen grondig met behulp van een stoomdrukreiniger gereinigd te worden.
Eigen veiligheid
•
Gebruik het apparaat uitsluitend met lashandschoenen om uw handen tegen de directe hitte
van het lichtboog en uv-straling te beschermen.
•
Draag bij het werken met hogere instellingen tevens een leren lasschort om uzelf tegen lasspat-
ten te beschermen.
•
Niet zonder oogbescherming in de lichtboog kijken. Gebruik uitsluitend laskappen met be-
schermglas dat voldoet aan DIN-normen. U dient de laskap altijd tijdens het lassen te dragen.
Deze beschermt uw ogen tegen schadelijke uv-stralen en de hitte die door de lichtboog afge-
geven wordt.
•
Indien u boven het hoofd werkt, dient u een lashelm te dragen die u hoofd en nek voldoend
beschermd.
•
In het algemeen wordt aangeraden tijdens het lassen geschikte laskleding (zoals een lasoverall)
te dragen. Daarnaast wordt ook het dragen van veilige werkschoenen met een stalen neus
aanbevolen.
Eerste stappen
Zorg ervoor dat uw MIG lasapparaat geaard is en met een geschikte lastscheider is verbonden. Het
dient daarbij als volgt verkabeld te worden:
•
Bruin = fasedraad (stroomtoevoer)
•
Blauw = nuldraad
•
Groen/Geel = aardedraad
Volg onderstaande stappen op om een nieuwe draadrol aan te brengen:
1.
Klap eerst de zijkant van het lasapparaat neer en schroef zowel het gasmondstuk als de con-
tactbuis los.
2. Bevestig vervolgens de draadrol. Let daarbij erop dat de vering juist is bevestigd.
3. Controleer of de gebruikte draad overeenkomt met de draadgrootte die op het draadaanvoer-
wiel aangegeven is. Indien nodig, dient u het draadaanvoerwiel om te draaien. Maak hiervoor
de draadrolhouder los door de schroeven los te draaien en de fixeerbeugel te verwijderen. Ver-
volgens laat zich het aanvoerwiel verwijderen en omdraaien.
4. Zoek het einde van de draad (meestal bevindt zich het einde in een klein opening aan de spoel-
frame). Verwijder eventuele vervormingen met een draadschaar of een zijkniptang en voorkom
op die manier dat de draad de spoel blokkeert. Zorg ervoor dat de draad niet van de spoel
loskomt en afrolt.
5. Klap de drukregelaar om en steek de draad in de opening. Let erop dat de draad er recht wordt
doorgestoken. De draad dient zo bevestigd te worden dat het van het draadaanvoermecha-
nisme gegrepen wordt.
6. Breng de drukregelaar terug in de oorspronkelijke positie. Kies de juiste maat voor de draad
(0,6 mm of 0,8 mm) en zorg ervoor dat de draad zich in de gleuf bevindt.
7. Schakel vervolgens het lasapparaat met de hoofdschakelaar in en druk op de trekker zodat de
draad met behulp van het aanvoermechanisme door de slang en de lastoorts getrokken wordt.
8. Laat de trekker los zodra de draad 1–2 cm uit de lastoorts uitsteekt. Schakel het apparaat weer
uit.
https://www.XPOtool.com
The Tool Experts
Artikel 62549
pagina 4
05 2022-1