4
Beveiligingsfuncties
Beveiliging
U kunt verschillende beveiligingsniveaus op
de machine instellen met de functies
Instelslot en Geheugenbeveiliging. U kunt
dan geen uitgestelde faxen of pollingtaken
meer programmeren. Eerder
geprogrammeerde uitgestelde faxen worden
echter nog wel verzonden als u
geheugenbeveiliging inschakelt, zodat deze
niet verloren gaan.
Instelslot
Met het instelslot kunt u een wachtwoord
instellen om ervoor te zorgen dat andere
personen niet per ongeluk uw
machine-instellingen wijzigen.
Schrijf uw wachtwoord op een geheime
plaats op. Neem contact op met uw
Brother-leverancier als u het wachtwoord
vergeten bent.
Als het instelslot op Aan staat, kunt u de
volgende instellingen niet wijzigen zonder
een wachtwoord:
Datum/tijd
Stations-ID
Instellingen Snelkiezen
Timermodus
Papiersoort
Papierformaat
Volume
Automatische zomer-/wintertijd
Ecologie
Lade gebruiken
LCD-contrast
Instelslot
Geheugenbeveiliging
Het wachtwoord instellen
4
a
Druk op Menu, 1, 9, 2.
Beveiliging
2.Instelslot
b
Toets een viercijferig nummer in voor het
wachtwoord met de cijfers 0 - 9, l of #.
Druk op OK.
c
Voer uw wachtwoord opnieuw in
wanneer op het LCD-scherm
Nogmaals: wordt weergegeven.
Druk op OK.
4
d
Druk op Stop/Eindigen.
Het wachtwoord voor het instelslot
wijzigen
a
Druk op Menu, 1, 9, 2.
Beveiliging
2.Instelslot
b
Druk op a of b om Wachtwoord te
selecteren.
Druk op OK.
c
Toets uw viercijferig wachtwoord in.
Druk op OK.
d
Toets een viercijferig nummer in voor
het nieuwe wachtwoord.
Druk op OK.
e
Voer uw nieuwe wachtwoord opnieuw in
wanneer op het LCD-scherm
Nogmaals: wordt weergegeven.
Druk op OK.
f
Druk op Stop/Eindigen.
4
4
4
4
25