8. Zet de grasvanger in de opvangmodus en reinig de
binnenkant helemaal tot aan het maaidek.
9. Monteer de grasvanger, zie Grasvanger monteren.
Opmerking: Laat de grasvanger grondig drogen
voordat u deze weer monteert.
Onderhoud van het
maaidek
Onderhoud van de
maaimessen
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
Opmerking: Bepaal vanuit de normale
bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de
machine.
Om een goed maairesultaat te verkrijgen, moet u
de maaimessen scherp houden. Om het slijpen en
vervangen te vergemakkelijken, is het handig extra
messen in voorraad te hebben.
Een versleten of beschadigd mes kan breken en
een stuk van het mes kan worden uitgeworpen
in de richting van de bestuurder of omstanders
en ernstig lichamelijk of dodelijk letsel
toebrengen.
• Controleer op gezette tijden de maaimessen
op slijtage of beschadigingen.
• Vervang versleten of beschadigde messen.
De maaimessen controleren
1. Verwijder het maaidek, zie Maaidek verwijderen.
2. Controleer de snijranden (Figuur 39). Als de randen
niet scherp zijn of bramen vertonen, moet u het
maaimes verwijderen en slijpen; zie Het maaimes
slijpen.
1. Mesaandrijver
2. Veiligheidspen (2)
3. Mes
4. Gebogen rand
33
Figuur 39
5. Afstandsstuk
6. Ring
7. Bout