Het bedieningspaneel
Kleurkalibratie
De uitvoerdichtheid voor iedere kleur kan variëren aan de hand van de omgevingsfactoren van de machine,
zoals temperatuur en vochtgehalte. Kalibratie helpt u de kleurdichtheid te verbeteren.
Opmerking
Als u afdrukt met de Windows
zowel Calibratiegegevens gebruiken als Apparaatgegevens automatisch opvragen ingeschakeld
zijn. De standaardinstellingen zijn ingeschakeld. Raadpleeg Kleurkalibratie op pagina 40.
Wanneer u afdrukt met behulp van de Macintosh printerdriver, moet u kalibratie uitvoeren met behulp van
het Status Monitor. Nadat u het Status Monitor ingeschakeld hebt, kiest u Kleurcalibratie in het menu
Besturing. Zie Status Monitor op pagina 63 voor meer informatie over het inschakelen van de
Status Monitor.
Kalibratie
a
Druk op + of - om Kleurcorrectie te selecteren. Druk op OK.
b
Druk op + of - om Kleurkalibratie te selecteren. Druk op OK.
c
Druk op OK om Calibreren te selecteren.
d
Druk op + om Ja te selecteren.
Resetten
U kunt de kalibratieparameters terugstellen naar de fabrieksinstellingen.
a
Druk op + of - om Kleurcorrectie te selecteren. Druk op OK.
b
Druk op + of - om Kleurkalibratie te selecteren. Druk op OK.
c
Druk op + of - om Reset te selecteren. Druk op OK.
d
Druk op + om Herstel te selecteren.
Autoregistratie
Registratie
U kunt automatisch de afdrukpositie van elke kleur aanpassen.
a
Druk op + of - om Kleurcorrectie te selecteren. Druk op OK.
b
Druk op + of - om Auto regist. te selecteren. Druk op OK.
c
Druk op OK om Registratie te selecteren.
d
Druk op + om Ja te selecteren.
®
-printerdriver, verkrijgt de driver automatisch de kalibratiegegevens als
3
3
3
3
3
3
88