Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Bestanden Verwijderen; De Usb-Kabel Loskoppelen; Uw Toestel Aanpassen; Connect Iq Functies Die U Kunt Downloaden - Garmin EDGE EXPLORE Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor EDGE EXPLORE:
Inhoudsopgave

Advertenties

Bestanden verwijderen

Als u niet weet waar een bestand voor dient, verwijder het dan
niet. Het geheugen van het toestel bevat belangrijke
systeembestanden die niet mogen worden verwijderd.
1
Open het Garmin station of volume.
2
Open zo nodig een map of volume.
3
Selecteer een bestand.
4
Druk op het toetsenbord op de toets Delete.
OPMERKING: Als u een Apple
de map Trash leegmaken om de bestanden volledig te
verwijderen.

De USB-kabel loskoppelen

Als uw toestel als een verwisselbaar station of volume is
aangesloten op uw computer, dient u het toestel op een veilige
manier los te koppelen om gegevensverlies te voorkomen. Als
uw toestel als een draagbaar toestel is aangesloten op uw
Windows computer, hoeft u het niet op een veilige manier los te
koppelen.
1
Voer een van onderstaande handelingen uit:
• Op Windows computers: Selecteer het pictogram
Hardware veilig verewijderen in het systeemvak en
selecteer uw toestel.
• Voor Apple computers selecteert u het toestel en
selecteert u File > Eject.
2
Koppel de kabel los van uw computer.

Uw toestel aanpassen

Connect IQ functies die u kunt downloaden

U kunt Connect IQ functies van Garmin en andere leveranciers
aan uw toestel toevoegen via de Connect IQ Mobile app.
Gegevensvelden: Hiermee kunt u nieuwe gegevensvelden
downloaden die sensors, activiteiten en historische gegevens
op andere manieren presenteren. U kunt Connect IQ
gegevensvelden toevoegen aan ingebouwde functies en
pagina's.
Widgets: Hiermee kunt u direct informatie bekijken, zoals
sensorgegevens en meldingen.
Apps: Hiermee kunt u interactieve functies toevoegen aan uw
toestel, zoals nieuwe soorten buiten- en fitnessactiviteiten.

Connect IQ functies downloaden via uw computer

1
Sluit het toestel met een USB-kabel aan op uw computer.
2
Ga naar
apps.garmin.com
3
Selecteer een Connect IQ functie en download deze.
4
Volg de instructies op het scherm.

Uw gebruikersprofiel instellen

U kunt uw instellingen voor geslacht, leeftijd, gewicht en lengte
bijwerken. Het toestel gebruikt deze informatie om nauwkeurige
ritgegevens te berekenen.
1
Selecteer
> Mijn statistieken > Gebruikersprofiel.
2
Selecteer een optie.

Uw ritinstellingen bijwerken

1
Selecteer
> Segmentwaar..
2
Selecteer een optie:
• Selecteer Gegevensschermen om de
gegevensschermen en gegevensvelden aan te passen
(Een gegevensscherm bewerken, pagina
Uw toestel aanpassen
LET OP
®
computer gebruikt, moet u
en meld u aan.
9).
• Selecteer Waarschuwingen om uw
trainingswaarschuwingen aan te passen
(Waarschuwingen, pagina
• Selecteer Automatische functies > Auto Lap om in te
stellen hoe rondes worden gemarkeerd
positie markeren, pagina
• Selecteer Automatische functies > Autom. slaapstand
om in te stellen dat het toestel automatisch in de
slaapstand gaat na 5 minuten inactiviteit
slaapstand gebruiken, pagina
• Selecteer Automatische functies > Auto Pause om in te
stellen wanneer de timer automatisch pauzeert
Pause gebruiken, pagina
• Selecteer Automatische functies > Auto Scroll om de
weergave van de pagina's met trainingsgegevens aan te
passen wanneer de timer loopt
pagina
10).
• Selecteer Timer start-modus om in te stellen hoe het
toestel het begin van een rit detecteert en dat de timer
automatisch start
(De timer automatisch starten,
pagina
11).
• Selecteer Navigatie-aanwijzingen om afslag-voor-afslag
instructies als bericht of op de kaart te tonen.
• Selecteer Kaart om de kaartinstellingen aan te passen
(Kaartinstellingen, pagina
• Selecteer Routebepaling om de route-instellingen aan te
passen
(Route-instellingen, pagina
Alle wijzigingen die u aanbrengt worden opgeslagen in de
ritinstellingen.

Een gegevensscherm toevoegen

1
Selecteer
> Segmentwaar..
2
Selecteer Gegevensschermen > Voeg toe >
Gegevensscherm.
3
Selecteer een categorie en selecteer één of meer
gegevensvelden.
4
Selecteer
.
5
Selecteer een optie.
• Selecteer een andere categorie als u meer
gegevensvelden wilt selecteren.
• Selecteer
.
6
Selecteer
of
om de indeling te wijzigen.
7
Selecteer
.
8
Selecteer een optie.
• Tik twee keer op een gegevensveld om het te wijzigen.
• Tik op een gegevensveld en tik daarna op een ander
gegevensveld om de volgorde te wijzigen.
9
Selecteer
.

Een gegevensscherm bewerken

1
Selecteer
> Segmentwaar..
2
Selecteer Gegevensschermen.
3
Selecteer een gegevensscherm.
4
Selecteer Indeling/gegev.velden.
5
Selecteer een categorie, selecteer gegevensvelden die u wilt
toevoegen of verwijderen, en selecteer
6
Selecteer
of
om de indeling te wijzigen.
7
Selecteer
.
8
Selecteer een optie.
• Tik twee keer op een gegevensveld om het te wijzigen.
• Tik op een gegevensveld en tik op een ander
gegevensveld om de volgorde te wijzigen.
9
Selecteer
.
10).
(Ronden op
10).
(Automatische
10).
(Auto
10).
(Auto Scroll gebruiken,
5).
5).
>
.
9

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave