manier van inschakelen kunnen gewijzigd worden. Indien één of meerdere instellingen nadien zijn
veranderd zal de hoofcode onmiddellijk terugkeren naar zijn standaardwaarde.
7.2.3 Programmeren van toegangscodes.
De hoofdgebruiker (Code 001) en de gebruikers met dezelfde rechten kunnen toegangscodes voor andere
gebruikers programmeren en deze gebieden en meerdere opties toekennen.
Indien u toegangscodes wilt beheren met behulp van de software NE-ware neemt u contact op met uw
installateur voor meer informatie.
Om een nieuwe gebruiker toe te voegen:
Invoeren van hoofdcode (Standaard : 1234/123456)
1. Druk op de knop :
Uw systeem zal een vrije plaats kiezen om een nieuwe code te programmeren.
2. Wijzig de standaard tekst door een naam in te vullen van de persoon of druk gewoon op "Oversl."
Indien deze reeds correct is.
3. Geef een onbestaande nieuwe code in van 4 of 6 digits, afhankelijk van de keuze van uw installateur
en druk op "volgende "
4. Bevestig de nieuwe code door deze een tweede maal in te geven gevolgd door de toets "volgend"
5. Indien nodig kan u in de volgende 2 stappen ook een afstandsbediening en/of een toegangskaart
programmeren, druk op « overslaan »
6. Instellen van de gebruikersopties (beveiligingsopties, gebieden, e.a.) De belangrijkste die hier zeker
niet vergeten mag worden is het toekennen van een gebied. Wanneer er aan een code geen gebied is
toegekend zal deze NIET werken.
7. Het is mogelijk de eigenschappen te kopiëren van een reeds bestaande gebruiker of deze handmatig
in te stellen
8. Bevestig de programmering door het drukken op « Einde »
Handmatig instellen van code-eigenschappen;
OPM : een afstandsbediening kan alleen maar werken indien uw installateur de benodige draadloze
ontvanger heeft geïnstalleerd. Idem met de toegangscontrole die niet kan werken indien U niet beschikt
over een stand-alone kaartlezer of bediendeel met geïntegreerde kaartlezer is geïnstalleerd.
22