Benaming onderdelen bedieningspaneel
Via het bedieningspaneel aan de voorkant van de naaimachine kunt u diverse steekinstellingen selecteren.
1 LED-venster
Hierin worden het aantal geselecteerde steken, de geselecteerde instellingen en de naaisnelheid
weergegeven. Tevens wordt de instelling van de brandende functie-LED getoond.
2
instellingstoetsen
Hiermee kunt u de geselecteerde steek en de instellingen wijzigen.
3
start/stop-toets
Hiermee start/stopt u de naaimachine.
4
naald omhoog/omlaag-toets
Telkens als u op deze toets drukt, gaat de naald omhoog of omlaag. Gebruik deze toets als u van
naairichting verandert of lastige gebieden naait.
5
functietoets
Telkens als u op deze toets drukt, selecteert u een van de functies (7 tot en met 10).
6 Functie-LED's
De LED-lampjes gaan branden om de functie aan te geven die met de functietoets is geselecteerd. Met
de
instellingstoetsen kunt u alleen de instelling wijzigen van de functie waarvan de LED brandt.
7
Steeknummer
Het nummer van de steek die is geselecteerd in de modus "nuttige steken" wordt aangegeven.
8
Steekbreedte
U kunt de breedte van de geselecteerde steek wijzigen.
9
Steeklengte
U kunt de lengte van de geselecteerde steek wijzigen.
10
Naaisnelheid
De naaisnelheid kan worden aangepast. Druk op
naaien. De geselecteerde naaisnelheid wordt aangehouden, zelfs als een andere steek wordt
geselecteerd.
11
OEKAKI-toets (vrij borduren)
Telkens als u op deze toets drukt, wisselt u tussen de modus "nuttige steken" en "OEKAKI (vrij
borduren)". De toets licht groen op wanneer de OEKAKI-modus actief is.
16
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
om langzamer te naaien en op
om sneller te