❚❚ Fn-knop indrukken
Als u Fn-knop indrukken selecteert voor persoonlijke instelling f5,
worden de volgende opties weergegeven.
Optie
*
q
Voorbeeld
r
FV-vergrendeling
AE/AF-
B
vergrendeling
C
AE-vergrendeling
AE-vergr.
D
(herstel na
*
ontspan.)
AE-vergrendeling
E
*
(vast)
F
AF-vergrendeling
s
Flitser uit
t
Bracketingserie
L
Matrixmeting
Druk op de Fn-knop om een voorbeeld van de
scherptediepte weer te geven (0 105).
Druk op de Fn-knop om de flitswaarde te vergrendelen
(alleen bij de ingebouwde flitser en de SB-900, SB-800,
*
B-600 SB-400 en SB-R200 flitsers, 0 178). Druk nogmaals
om de flitswaardevergrendeling te annuleren.
De scherpstelling en belichting worden vergrendeld
zolang de Fn-knop wordt ingedrukt.
De belichting wordt vergrendeld zolang de Fn-knop
wordt ingedrukt.
De belichting wordt vergrendeld wanneer de Fn-knop
wordt ingedrukt en blijft vergrendeld totdat nogmaals op
deze knop wordt gedrukt, de sluiter wordt ontspannen of
de belichtingsmeters worden uitgeschakeld.
De belichting wordt vergrendeld wanneer de Fn-knop
wordt ingedrukt en blijft vergrendeld totdat nogmaals
op deze knop wordt gedrukt of de belichtingsmeters
worden uitgeschakeld.
De scherpstelling wordt vergrendeld zolang de Fn-knop
wordt ingedrukt.
De flitser wordt niet geactiveerd als u tijdens de opname
de Fn-knop ingedrukt houdt.
Als u de Fn-knop ingedrukt houdt terwijl belichtings-,
flits- of ADL-bracketing actief is in de enkelvoudige
ontspanstand of stil ontspannen, worden alle opnamen
in het huidige bracketingprogramma gemaakt telkens
wanneer u de ontspanknop indrukt. Als
witbalansbracketing actief is of de continu
ontspanstand (stand C
bracketingreeks herhaald zolang u de ontspanknop
ingedrukt houdt (in de enkelbeelds ontspanstand wordt
witbalansbracketing herhaald met de beeldsnelheid die
geldt voor de ontspanstand C
Matrixmeting is actief zolang de Fn-knop wordt
ingedrukt.
Beschrijving
L
of C
) is geselecteerd, wordt de
H
).
H
U
293