26
laatste toont een gefilterde lijst die alleen betrekking heeft op apparaten die gegevens
leveren die relevant zijn voor deze categorie.
Apparatenlijst
In deze lijst worden de apparaten weergegeven die gegevens leveren. Dit kan een module
binnen in de unit zijn, of een extern NMEA 2000-apparaat.
Door een apparaat in deze lijst te selecteren, worden aanvullende gegevens en acties
weergegeven:
Alle apparaten staan toewijzing van een exemplaarnummer toe in de optie Configureren.
Stel unieke exemplaarnummers in voor identieke apparaten in het netwerk, zodat de unit
deze van elkaar kan onderscheiden. De optie Gegevens toont alle gegevens die door het
apparaat worden uitgevoerd.
Sommige apparaten tonen (een) extra optie(s) specifiek voor het apparaat. Zo is de RC42,
zoals hierboven te zien, voorzien van de optie Kalibreren, om de installatie van dit apparaat
te vereenvoudigen.
Ú Notitie:
Een exemplaarnummer instellen voor een product van derden is meestal niet
mogelijk.
Netwerkgroepen
De functie Netwerkgroepen wordt gebruikt voor het beheren van de parameterinstellingen,
globaal of in groepen van units. De functie wordt gebruikt op grotere boten, waar meerdere
units met het netwerk zijn verbonden. Door verschillende units aan dezelfde groep toe te
wijzen, wordt een parameterupdate op één unit ook doorgevoerd op de andere units in de
groep.
Display (achtergrondverlichting), Eenheden (metrische maateenheden of maateenheden
van het imperiale stelsel), Dempen (tot dynamische gegevens) en Alarmen kunnen worden
gegroepeerd in de groep Standaard of in groep 1 tot en met 6. Als voor een van de
instellingen actief beheer nodig is, stelt u deze in op Geen.
Software installeren
| Zeus3 Installatiehandleiding