Inbouw
Massief plafond > Natte inbouw in combinatie met een betonplaatvloer
5.5.3 Natte inbouw in combinatie met een betonplaatvloer
Afb. 18: Natte inbouw in een betonplaatvloer tot EI 120 S, staande
1
FKR-EU
2
Mortel / beton
3
Betonplaatvloer (Modulairsyteem Cadolto), opbouw
conform de gegevens van de fabrikant, de montage-
instructie
4
Gedeeltelijke betonvloer met bewapening
5
Dwarsverband, stalenprofiel
Personeel:
Vaklieden
Materialen:
Ä „Mortel voor de natte montage" op pagina 17
Mortel / Beton
Vereisten
Brandwerendheidsklasse tot EI 120 S
Modulairplafond (Systeem Cadolto)
Afstand van de brandklep tot dragende bouwdelen ≥ 40 mm
Afstand tussen twee brandkleppen ≥ 40 mm, bij flensuitvoering 80 mm ("flens tegen flens") Bij de inbouw van
twee brandkleppen in een gemeenschappelijke inbouwopening is de betonnen massa tot maximaal 120 mm
tussen de brandkleppen begrenst.
De inbouwopening met maximaal ∅DN + 180 mm maken. Vervangingen in het systeemplafond vakkundig
1.
aansluiten.
2.
Brandklep in de uitsparing schuiven en vastzetten. Daarbij op de maat [z] letten, zie Afb. 18.
Brandkleppen met verlengdeel of met spirokanaal aan de inbouwzijde verlengen.
3.
Gedeeltelijke betonvloer met bewapening maken, rondom de brandklep ≥ 150 mm met een dikte ≥ 150 mm. Of
latere inbouw in een betonvloer met omlopend de aanstorting.
4.
De statica en de brandwerendheid van de plafondconstructie inclusief de aanhechting aan het beton moet in
het werk beoordeeld worden.
26
z
Ronde steekverbinding 370 mm,
Flensuitvoerring 342 mm
tot EI 120 S
Ⓐ
Inbouwzijde
Ⓑ
Bedieningszijde
Brandklep Serie FKR-EU