Gebruiksvoorschriften
4.2.3 Gegarandeerde eindspoelbeurt
4.2.4 Controle van de afgewassen vaat
NB! Bij langer oponthoud moet de pauzestand P0 worden gekozen. Het luik wordt
dichtgehouden om energie te besparen en de temperatuur in de afwastank vast
te houden.
De energiebesparingsstand die de luiken automatisch sluit na een bepaalde tijd
kan worden ingesteld door iemand met autorisatieniveau S2.
De eindspoeling gebeurt altijd met de temperatuur en met de juiste hoeveelheid
spoelwater.
Bij te lage spoeltemperatuur wordt een alarm zichtbaar op het bedieningspaneel.
De machine gaat door met afwassen totdat de juiste temperatuur is bereikt. Het
alarm kan ondertussen worden gereset met drukknop (8) op het paneel. Het af-
wasprogramma gaat verder, maar de machine spoelt dan met spoelwater van
een lagere temperatuur. Een alarm wordt echter getoond.
Bij te lage flow tijdens de eindspoeling wordt een alarm zichtbaar op het bedie-
ningspaneel. Het alarm kan gekoppeld worden aan een machinestop. De fabriek-
sinstelling is alleen alarm. Wenst u een alarm met machinestop, moet deze
instelling in het programma van de machine worden veranderd door een onder-
houdsmonteur.
Controleer altijd het afwasresultaat.
Onderzoek of het granulaat zich heeft vastgezet op de vaat en neem het in dat
geval weg.
Bij afwassen van bakken met gaten moet de controle extra zorgvuldig zijn.
Controle van de vaat.
WD-100GR
38
Rev. 2.0