148
Infotainmentsysteem
Favoriete stations opslaan
U kunt voor alle frequentiebanden tot
24 radiostations opslaan als favorie‐
ten in de lijst Geheugen.
Selecteer Geheugen om de voorkeu‐
zetoetsen weer te geven.
Beluisterd station opslaan
Tik enkele seconden lang op de
gewenste knop in de lijst met
Geheugen. De desbetreffende
frequentie of stationsnaam verschijnt
op de knop.
Als er al een station is opgeslagen
onder een voorkeuzetoets, wordt het
desbetreffende station overschreven.
Of tik op ; Mem in het hoofdmenu
van de radio om het actuele station
vast te leggen.
Een station uit een stationslijst
opslaan
Selecteer OPTIES gevolgd door de
gewenste frequentieband.
Om een station in de stationslijst op
te slaan moet u ; naast het gewen‐
ste station kort aantikken. Het station
wordt opgeslagen en het nummer van
de voorkeuzetoets verschijnt. Tik
nogmaals op ; om een station te
verwijderen.
Of tik lang op de stationsnaam totdat
het station is opgeslagen. Om het
station te verwijderen tikt u weer lang
op de stationsnaam totdat de desbe‐
treffende melding verschijnt.
Zenders oproepen
Selecteer Geheugen in het hoofd‐
menu radio en tik vervolgens kort op
de voorkeuzetoets van het gewenste
station.
RDS activeren
Selecteer OPTIES in het hoofdmenu
radio en activeer RDS.
Als RDS is geactiveerd, staat RDS
onder aan in het hoofdmenu radio.
Radiotekst
Als RDS geactiveerd is, verschijnt er
onder de programmanaam informatie
over het beluisterde radioprogramma
of de afgespeelde track.
Open het menu OPTIES en activeer
of deactiveer Informatie om de infor‐
matie te tonen of te verbergen.
Verkeersberichten
Veel RDS-stations geven verkeersin‐
formatie door. Als de functie
verkeersberichten is geactiveerd,
wordt de weergave van radio en
media onderbroken voor de duur van
een verkeersbericht.
Open het menu OPTIES en activeer
TA om verkeersberichten te active‐
ren.
Als TA is geactiveerd, staat TA onder
aan in het hoofdmenu radio.
Digital Audio Broadcasting
Digital Audio Broadcasting (DAB)
maakt digitale radio-uitzendingen
mogelijk.
DAB-zenders worden aangeduid met
de programmanaam in plaats van de
zendfrequentie.