16
www.aeg.com
9.3 Automatische
uitschakeling
Om veiligheidsredenen schakelt de oven
na bepaalde tijd uit als er een
ovenfunctie in werking is en u geen
instellingen wijzigt.
30 - 115
120 - 195
200 - 245
10. AANWIJZINGEN EN TIPS
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
10.1 Kookadviezen
De temperatuur en kooktijden in de tabellen zijn slechts als richtlijn bedoeld. Deze zijn af‐
hankelijk van de recepten en de kwaliteit en de hoeveelheid van de gebruikte ingrediën‐
ten.
Uw oven kan anders bakken of roosteren dan de oven die u tot nu toe gebruikt heeft. De
onderstaande tabellen tonen aanbevolen instellingen voor temperatuur, kooktijd en rek‐
stand voor specifieke soorten voedsel.
Als u voor een speciaal recept de instelling niet kunt vinden, zoek dan naar een soortgelijk
recept.
10.2 Binnenzijde van de deur
Aan de binnenkant van de deur vindt
u het volgende:
• de nummers van de inzetniveaus.
• informatie over de ovenfuncties,
aanbevolen niveaus en temperaturen
voor gerechten.
10.3 Bakken
Gebruik voor de eerste baksessie de
lagere temperatuur.
(°C)
12,5
8,5
5,5
250 - maximum
Na een automatische uitschakeling draait
u de knop naar de uit-stand.
De automatische uitschakeling werkt niet
(u)
met de functies: Binnenverlichting, Duur,
Eindtijd.
9.4 Koelventilator
Als de oven in werking is, wordt de
koelventilator automatisch ingeschakeld
om de oppervlakken van de oven koel te
houden. Als u de oven uitschakelt, kan
de koelventilator blijven werken totdat de
oven is afgekoeld.
Bij het bereiden van cake op meerdere
niveaus kan de baktijd ca. 10 - 15
minuten langer zijn.
Als de cake niet overal even hoog is,
wordt de cake niet overal even bruin. Als
de cake niet overal even bruin wordt,
hoeft u de temperatuurinstelling niet te
wijzigen. De verschillen verminderen
tijdens het bakken.
Tijdens het bakken kunnen bakplaten in
de oven vervormen. Wanneer de
bakplaten weer afgekoeld zijn, verdwijnt
de vervorming.
(°C)
3
(u)