Elektromagnetische conformiteit
Atle® 180 is getest op naleving van de huidige regelgevingsnormen met betrekking tot zijn
vermogen om EMI (elektromagnetische interferentie) van externe bronnen te blokkeren.
Niettemin kunnen sommige procedures helpen om elektromagnetische storingen te
verminderen:
•
Zorg ervoor dat andere apparatuur in ruimten voor patiëntbewaking en/of
levensondersteuning voldoet aan aanvaarde emissienormen.
•
Maximaliseer de afstand tussen elektromedische apparaten. Krachtige apparaten kunnen
EMI produceren die van invloed kan zijn op Atle® 180
Voor meer informatie over het beheer van de RF-elektromagnetische omgeving van het
apparaat raadpleegt u de AMI TIR 18-2010 - Guidace on Electromagnetic Compatibility of
Medical Devices for Clinical / Biomedical Engineers.
OPMERKING: De emissie-eigenschappen van Atle® 180 maken het geschikt voor
gebruik in ziekenhuizen (CISPR 11 klasse A). Bij gebruik in een woonomgeving
(waarvoor normaliter CISPR 11 klasse B vereist is) biedt Atle® 180 mogelijk onvoldoende
bescherming voor radiofrequentie communicatiediensten. De gebruiker moet dan
eventueel maatregelen nemen, zoals het verplaatsen of heroriënteren van de Atle® 180.
WAARSCHUWING: Het gebruik van andere dan de door Njord Medtech gespecificeerde
of geleverde accessoires, kabels en reserveonderdelen kan leiden tot verhoogde
elektromagnetische emissies of verminderde elektromagnetische immuniteit van Atle® 180
en een onjuiste werking
WAARSCHUWING: Voor een goede werking mag Atle® 180 niet worden gebruikt naast
of gestapeld op andere elektrische apparatuur en dat, indien gebruik naast of opgestapeld
noodzakelijk is, het apparaat moet worden geobserveerd om de normale werking te
verifiëren in de configuratie waarin het zal worden gebruikt.
WAARSCHUWING: Draagbare RF-communicatieapparatuur mag zich niet dichter dan 30
cm (12 inch) bij enig deel van de Atle® 180 bevinden om elektromagnetische interferentie
te helpen voorkomen. Anders kan dit leiden tot een verslechtering van de prestaties van
Atle® 180
WAARSCHUWING: Door de aanwezigheid van het systeem tijdens specifieke onderzoeken
of behandelingen kunnen aanzienlijke risico's op wederzijdse interferentie ontstaan. Er
kan elektromagnetische of andere interferentie optreden tussen het systeem en andere
apparaten. Als u interferentie vermoedt, moet u de apparatuur uit de buurt van gevoelige
apparaten plaatsen of contact opnemen met de fabrikant.
Elektromagnetische compatibiliteit
24