hangen. Geen vormen of toebehoren op de apparaatdeur
plaatsen.
Toebehoren inschuiven: afhankelijk van het type toestel
■
kunnen de toebehoren krassen geven op de deur.
Toebehoren altijd tot de aanslag in de binnenruimte schuiven.
Apparaat transporteren: Het apparaat niet aan de deurgreep
■
vasthouden of dragen. De deurgreep houdt op den duur het
gewicht van het apparaat niet en kan afbreken.
Opstellen en aansluiten
Elektrische aansluiting
De elektrische aansluiting dient uitgevoerd te worden door een
daartoe bevoegd vakman. De voorschriften van de
verantwoordelijke elektriciteitsmaatschappij dienen te worden
nageleefd.
Wanneer het toestel verkeerd wordt aangesloten, heeft u geen
recht op garantie.
Voor de installateur
De installatie dient te beschikken over een schakelaar met
■
een contactopening van minstens 3 mm. Bij aansluiting met
een stekker is dit niet noodzakelijk wanneer de stekker voor
de gebruiker toegankelijk is.
Elektrische veiligheid: het fornuis is een apparaat van
■
veiligheidsklasse I en mag alleen met een geaarde
aansluiting worden gebruikt.
Voor de aansluiting van het apparaat dient een kabel van het
■
type H 05 VV-F of gelijkwaardig te worden gebruikt.
Fornuis met de waterpas horizontaal plaatsen
Zet het fornuis direct op de vloer.
Uw nieuwe fornuis
Hier maakt u kennis met uw nieuwe fornuis. Wij leggen u de
werking van het bedieningspaneel, de kookplaat en de
Algemeen
De uitvoering hangt van het type apparaat af.
Schade aan de schuiflade
Attentie!
Leg geen hete voorwerpen in de schuiflade. Deze kan
beschadigd raken.
Ovenlade eruit trekken en er naar boven uittillen.
1.
Aan de onderkant bevinden zich binnenin voor en achter
stelvoeten.
De stelvoeten zo nodig met een zeskantsleutel omhoog of
2.
omlaag draaien, tot het fornuis waterpas staat (Afbeelding A).
Ovenlade weer inschuiven (Afbeelding B).
3.
Bevestiging aan de wand
Om te voorkomen dat het fornuis kantelt, dient u het met de
meegeleverde haak aan de wand te bevestigen. Neem het
montagevoorschrift voor bevestiging aan de wand in acht.
afzonderlijke bedieningselementen uit. U krijgt informatie over
de binnenruimte en de toebehoren.
Toelichting
1
Kookplaat**
2
Bedieningspaneel**
3
Koelventilator
4
Ovendeur**
5*
Ovenlade**
* Optioneel (beschikbaar voor enekele apparaten)
** Al naargelang het apparaattype zijn detailafwijkingen moge-
lijk.
7