1
Overzicht
1.
Submenu 1 openen. De optie selecteren die rechtsonder op het scherm
staat weergegeven en een selectie bevestigen.
2.
Toets voor oproep beantwoorden of starten. In stand-by: indrukken om de
oproepgeschiedenis te openen
3.
Lang indrukken om voicemail te bellen.
4.
Sterretje-toets. Het toetsenpaneel vergrendelen of ontgrendelen
5.
Navigatietoets en Entertoets.
6.
Submenu 2 openen. De optie selecteren die rechtsonder op het scherm
staat weergegeven.
7.
Ingedrukt houden om in of uit te schakelen, indrukken om een gesprek te
beëindigen, in een menu indrukken om af te sluiten.
8.
Numerieke en alfabetische toetsen
9.
Hekje-toets Indrukken om te wisselen tussen hoofdletters, kleine letters en
cijfers. Lang indrukken: Het geluidsprofiel veranderen
10. Houd de toets ingedrukt om de zaklantaarn in of uit te schakelen