Diensten in één oogopslag
Apple CarPlay bedienen
Apple CarPlay met PCM bedienen
Alle beschikbare apps kunnen via het touchdisplay,
de draai-drukknop en de Terug-toets van het PCM
worden bediend.
e
Om het hoofdmenu binnen Apple CarPlay op
te roepen, kiest men de Home-knop op het
touchdisplay van het PCM.
e
Om naar de hoofdfuncties van het PCM te
gaan, moet u een willekeurige functie (bijv.
kiezen.
Apple CarPlay via spraakherkenning Siri be-
dienen
Afb. 4: Spraakbedieningstoets op de hendel
Siri starten
b Siri is in de instellingen van de gebruikte iPhone
geactiveerd.
b Contact en PCM ingeschakeld.
b Er is geen telefoongesprek actief.
12
b ParkAssistent niet actief.
b Spraakbediening van het PCM niet actief.
1. Houd toets
op het stuurwiel ingedrukt.
2. Spreek het gewenste spraakcommando uit.
Siri beëindigen
b Siri is actief en wacht op een spraakcommando.
e
Toets
op het stuurwiel indrukken.
Er klinkt een dalend geluidssignaal.
Voor informatie over de spraakbediening:
)
g Hoofdstuk „Spraakbediening" op pagina 36 vol-
gen.
Tussen Apple CarPlay en het gebruik van de
iPhone als iPod wisselen
Als een aangesloten iPhone als iPod wordt verbon-
den, is Apple CarPlay niet beschikbaar. Via het appa-
raatbeheer kan tussen het gebruik van de iPhone als
iPod of Apple CarPlay worden gewisseld.
1. Kies om apparaatbeheer te openen, in het sta-
tusgedeelte
of
(afhankelijk van verbin-
dingsstatus).
– of –
e Apparaten
kiezen.
2. Symbool Apple CarPlay
iPhone selecteren.
– of –
Symbool iPod van de gebruikte iPhone selec-
teren.
Het pictogram van het momenteel actieve
gebruik van de iPhone licht op en toont
de huidige verbinding (Apple CarPlay of
iPod).
Wireless Apple® CarPlay oproepen
Wireless CarPlay maakt het mogelijk Apple CarPlay
zonder kabel te gebruiken. Wireless CarPlay onder-
steunt altijd slechts één mobiele telefoon.
b De Bluetooth®-functie en wifi-functie van de
mobiele telefoon zijn geactiveerd en zichtbaar
voor andere toestellen.
b Wireless CarPlay van de mobiele telefoon geacti-
veerd.
b Siri op de mobiele telefoon geactiveerd.
b Bluetooth®- en wifi-functie van het voertuig zijn
geactiveerd.
1.
In het statusgedeelte
verbinden e Connect Apple CarPlay kiezen.
Er wordt gezocht naar een nieuw apparaat.
2.
Kies in de instellingen van de mobiele telefoon
het voertuig en bevestig de aanwijzing voor het
tot stand brengen van de verbinding.
Indien gewenst, de synchronisatie van contac-
ten en favorieten toestaan.
3. Bevestig in het PCM de koppeling van het ap-
paraat.
4. Bevestig de vraag of Apple CarPlay wordt ge-
bruikt.
Apple CarPlay wordt opgevraagd. Beschik-
van de gebruikte
bare apps worden weergegeven.
Als de iPhone eenmaal verbonden is, wordt Apple
CarPlay automatisch gestart, wanneer u instapt. De
mobiele telefoon kan zodoende in de tas, broekzak,
e.d. blijven zitten. (Bluetooth®- en wifi-functie moe-
ten geactiveerd zijn).
e Nieuw apparaat