4. Tekst invoeren
U kunt tekst invoeren (bijvoorbeeld wanneer u berichten wilt verzenden) via de
methode voor normale tekstinvoer of via de methode voor tekstinvoer met
tekstvoorspelling. Bij gebruik van de methode voor normale tekstinvoer, drukt u
herhaaldelijk op een cijfertoets, van 1 tot en met 9, totdat het gewenste teken
verschijnt. Bij gebruik van tekstinvoer met tekstvoorspelling kunt u een letter
invoeren met één druk op een toets.
Tijdens het intoetsen van tekst wordt de modus voor tekstinvoer met
tekstvoorspelling aangegeven met
en de modus voor normale tekstinvoer
met
linksboven in het display.
,
of
verschijnt naast de
aanduiding voor de modus voor tekstinvoer en geeft het gebruik van hoofdletters
en kleine letters aan.
Om te schakelen tussen de methode voor tekstinvoer en hoofdletters en kleine
letters, drukt u op #.
geeft de nummermodus aan. U kunt overschakelen naar
de nummermodus door # ingedrukt te houden en
Nummermodus
te selecteren.
■ Instellingen
Als u de schrijftaal wilt instellen, selecteert u
Opties
> Schrijftaal. Tekstinvoer met
tekstvoorspelling is alleen beschikbaar voor de talen die vermeld worden in de
lijst.
Selecteer
Opties
>
Woordenbk aan
om tekstinvoer met tekstvoorspelling in te
schakelen. Selecteer
Woordenbk uit
om gewone tekstinvoer in te schakelen.
Copyright © 2006 Nokia. All rights reserved.
34