Let op
Als u in wagens met schakelbak het kop-
●
pelingspedaal loslaat en tegelijkertijd gas
geeft, wordt de elektronische parkeerrem
automatisch uitgeschakeld.
Indien de 12 volt accu leeg is, kan de
●
elektronische parkeerrem niet worden uit-
geschakeld. Gebruik de starthulp
54.
Tijdens het in- of uitschakelen van de
●
elektronische parkeerrem kunnen geluiden
te horen zijn.
Het systeem voert af en toe automati-
●
sche en hoorbare tests uit in de geparkeer-
de wagen indien de elektronische parkeer-
rem al enige tijd niet meer is gebruikt.
Auto Hold-functie
Onder in de middenconsole: toets
Afb. 201
van de Auto Hold-functie.
Remmen en parkeren
Het controlelampje van de
201-toets blijft branden zolang de functie Au-
to Hold ingeschakeld is.
Na inschakeling helpt de Auto Hold-functie de
bestuurder om de wagen vaak of enige tijd
stil te houden met draaiende motor, bijvoor-
beeld op een helling, voor een rood verkeers-
licht of in situaties met veel verkeer waarbij u
›››
pag.
telkens weer moet stoppen en wegrijden.
De ingeschakelde Auto Hold-functie verhin-
dert automatisch dat de stilstaande wagen
zich verplaatst, zonder dat u het rempedaal
hoeft in te trappen.
Nadat de Auto Hold-functie heeft vastgesteld
dat de wagen stilstaat en het rempedaal is
gelost, houdt ze de wagen tegen. U kunt de
voet van het rempedaal halen.
Als de bestuurder het rempedaal kort intrapt
of het gaspedaal intrapt om verder te rijden,
dan laat de functie Auto Hold de rem los. De
wagen gaat conform de helling rijden.
Als bij stilstaande wagen een van de voor-
waarden voor werking van de Auto Hold-
functie niet langer is vervuld, wordt die functie
uitgeschakeld en gaat het controlelampje
›››
van de toets uit
parkeerrem wordt indien nodig ingeschakeld
om de wagen op een veilige manier te parke-
›››
ren
.
›››
afb.
afb.
201. De elektronische
Voorwaarden om de wagen tegen te hou-
den met functie Auto Hold
Het bestuurdersportier is gesloten.
●
De bestuurder draagt de veiligheidsgordel.
●
De motor draait.
●
De functie Auto Hold in- en uitschakelen
›››
Druk op de toets
. Het controle-
lampje in de toets gaat uit wanneer de func-
tie Auto Hold uitgeschakeld is.
Automatisch in- en uitschakelen van de
functie Auto Hold
Indien voordat het contact wordt uitgezet de
functie Auto Hold werd ingeschakeld met de
-toets, blijft de functie ingeschakeld
na het opnieuw aanzetten van het contact.
Werd de functie Auto Hold niet ingeschakeld,
dan blijft ze automatisch uitgeschakeld na
het opnieuw aanzetten van het contact.
De functie Auto Hold wordt automatisch
ingeschakeld als aan de volgende voor-
waarden is voldaan (aan alle punten moet
›››
tegelijk
voldaan zijn):
1.
De gestopte wagen wordt op een vlak-
ke ondergrond of op een helling op zijn
plaats gehouden met het rempedaal.
2.
De motor draait "correct".
»
291