nl PowerTransfer
2.
Druk op
.
brandt.
a De functie is ingeschakeld.
16 PowerTransfer
Po we r T r a n s f e r
Met deze functie kunt u de kookstand en de gepro-
grammeerde bereidingstijd van de ene naar de andere
kookzone overdragen.
16.1 PowerTransfer
Vereiste: Verplaats de pan naar een kookzone die niet
ingeschakeld is en nog niet vooraf is ingesteld of waar-
op eerder geen andere pan stond.
1.
Verplaats het kookgerei.
a Het kookgerei wordt herkend.
a Op het display van de nieuwe kookzone knipperen
afwisselend de eerder gekozen vermogensstand
en .
17 Frying Sensor
F r y i n g Se n s o r
Met deze functie kunt u smelten, sauzen bereiden, sau-
teren, frituren of braden, waarbij de temperatuur onder
controle wordt gehouden.
In de plaats van tijdens het koken telkens weer de ver-
mogensstand aan te passen, eenmaal de gewenste
temperatuur kiezen. De sensoren onder de keramische
glasplaat meten dan de temperatuur van het kookgerei
en houden deze tijdens het volledige kookproces con-
stant.
Deze functie is beschikbaar op de kookzones die met
zijn gemarkeerd.
Functies
Temperatuur
Smelten
70 - 80ºC
Sauzen bereiden
110 - 120ºC
Braden
140ºC
Braden
160ºC
Braden
180 - 200ºC
Braden
220ºC
17.1 Aanbevolen kookgerei
Voor deze functie werd speciaal kookgerei ontwikkeld,
dat optimale resultaten levert.
14
15.2 Schakel Warmhoudfunctie uit
1.
Kies de kookzone.
2.
Draai aan de draaiknop en zet deze op .
dooft.
a De functie is gedeactiveerd.
2.
Om de instellingen over te nemen, met de draai-
knop de nieuwe kookzone selecteren.
a De oorspronkelijke kookzone stelt zich op
a De instellingen zijn op de nieuwe kookzone overge-
dragen.
Opmerking: Wanneer u een nieuw kookgerei op een
andere kookzone plaatst, voordat u de instellingen
heeft bevestigd, dan kunt u deze functie voor het nieu-
we kookgerei gebruiken.
Het aanbevolen kookgerei kunt u verkrijgen via de ser-
vicedienst, de vakhandel of onze onlineshop www.neff-
international.com.
Opmerking: U kunt ook ander kookgerei gebruiken. Af-
hankelijk van de kwaliteit van het kookgerei kan de be-
reikte temperatuur echter van de gekozen temperatuur-
stand afwijken.
17.2 Frying Sensor inschakelen
1.
Plaats het lege kookgerei op een kookzone.
2.
Kookzone kiezen
3.
Druk op
.
a ,
en de vooringestelde temperatuur gaan bran-
den op het display van de geselecteerde kookzone.
4.
De gewenste temperatuur met de draaiknop selec-
teren.
knippert op het bedieningspaneel tot de ingestelde
a
temperatuur is bereikt.
a De gekozen temperatuur en de ontwikkeling van de
in de pannen bereikte temperatuur knipperen afwis-
selend, tot de gekozen temperatuur is bereikt.
a De op de displays weergegeven temperatuur is een
benaderingswaarde en kan afwijken van de daad-
werkelijke temperatuur in de braadpan.
a Wanneer de temperatuur is bereikt, dan klinkt een
signaal en alsmede het temperatuursymbool hou-
den op te knipperen.
in.