Reiniging en onderhoud
Reinig het gootje en de afvoerope-
ning voor het dooiwater in de koelzo-
ne regelmatig met een wattenstaafje
of iets dergelijks, zodat het dooiwater
ongehinderd weg kan lopen.
Laat de deur van het apparaat nog
even open staan, om het apparaat te
luchten en geurtjes te voorkomen.
Deurdichting reinigen
Behandel de deurdichting niet met
olie of vet. Doet u dit wel, dan wordt
deze in de loop van de tijd poreus.
Reinig de deurdichting regelmatig al-
leen met helder water en wrijf deze
daarna met een doek grondig droog.
Ventilatieopeningen reinigen
Stof op de ventilatieopeningen ver-
hoogt het energieverbruik.
Reinig het ventilatierooster regelmatig
met een borsteltje of een stofzuiger
(gebruik daarvoor bijv. de reliëfborstel
voor Miele-stofzuigers).
44
Na het reinigen
Plaats alle onderdelen weer terug in
het apparaat.
Sluit het apparaat weer aan en scha-
kel het weer in.
Schakel de functie Superfrost een
tijdje in, zodat het in de diepvrieszone
weer snel koud wordt.
Leg de levensmiddelen in de koelzo-
ne en sluit de deuren van het appa-
raat.
Leg de ingevroren levensmiddelen te-
rug in de diepvriesladen en schuif de-
ze weer in de diepvrieszone, zodra de
temperatuur in deze zone laag ge-
noeg is.
Schakel met de toets Superfrost de
functie Superfrost uit, zodra er een
constante temperatuur van minstens
-18 °C in de diepvrieszone is bereikt.