■ Het dialoogvenster [Instellingen autom.
detectie van afb.type]
Dit dialoogvenster verschijnt als u [Automatische detectie
van afbeeldingstype] selecteert. U kunt er instellen of er
wordt gedetecteerd of gescande afbeeldingen zwart-wit of
kleur zijn en u kunt de modus selecteren die wordt gebruikt
als een afbeelding als zwart-wit wordt geïdentificeerd.
Kleurverzadiging/Hoeveelheid kleur
Deze instellingen dienen om vast te stellen of een
document in kleur is of niet.
Kleurdiepte in documenten wordt gedetecteerd door
[Kleurverzadiging], en met [Hoeveelheid kleur] wordt
vastgesteld of het om een kleurendocument gaat.
ATTENTIE
• Normaal gesproken hoeft u deze instellingen niet te wijzigen.
Wijzig ze alleen als u een document met lichte kleuren wilt
laten detecteren als zwart-wit.
• Selecteer [24-bits kleur] als kleurendocumenten in de
standaardinstellingen worden gedetecteerd als zwart-wit.
[Modus voor binair]
Selecteer de scanmodus als een pagina als zwart-wit wordt
geïdentificeerd
Hoofdstuk 8 Instellingen ISIS/TWAIN-stuurprogramma's
Helderheid en Contrast
Pas helderheid en contrast aan als u [Geavanceerde
tekstverbetering] of [Geavanceerde tekstverbetering II]
hebt geselecteerd voor [Modus voor binair]. Voor de
andere modi worden helderheid en contrast op het tabblad
[Helderheid] ingesteld.
■ Het dialoogvenster [Scanvlak]
In dit dialoogvenster kunt u het te scannen gebied van de
documentpagina op een geselecteerde paginagrootte
bepalen en een afwijkend documentpaginaformaat
registreren.
Het dialoogvenster Scanvlak is voor de ISIS- en TWAIN-
stuurprogramma's verschillend: bij het TWAIN-
stuurprogramma wordt één van twee dialoogtypen
weergegeven, afhankelijk van het gebruikte
toepassingsprogramma.
Het dialoogvenster Scanvlak (ISIS-
stuurprogramma)
8-12
(Vlakvenster)