Gebruik
WAARSCHUWING
Gevaar voor letsel bij werkzaamheden aan de machine!
► Persoonlijke beschermingsmiddelen, zoals veiligheidsbril, handschoenen enz. gebrui-
ken.
► Machine parkeren op een vlakke, stevige ondergrond en beveiligen tegen wegrollen.
► Tractormotor afzetten, parkeerrem aantrekken, contactsleutel verwijderen en opbergen.
► Werkgebied zodanig beveiligen dat dit gebied niet door derden / onbevoegden kan wor-
den betreden.
► Alle werkzaamheden alleen uitvoeren wanneer de aandrijving stilstaat.
► Afsluitkraan op de hydraulische leidingen sluiten voordat aan hydraulisch gestuurde
machinedelen wordt gewerkt.
► Alle elektrische connectoren tussen tractor en machine loskoppelen voordat aan elek-
trisch aangedreven machinedelen wordt gewerkt.
► Geschikte steunelementen tegen onbedoeld zakken / zwenken van hydraulisch ge-
stuurde machinedelen gebruiken.
► Nadat de werkzaamheden zijn beëindigd, losgedraaide schroefverbindingen controle-
ren op stevig vastzitten en afschermingen / beschermende inrichtingen controleren op
correcte werking.
Rolafstand instellen (basisinstelling)
De afstand of spleet tussen de rollen is in de fabriek ingesteld. Controleer vóór elke inbedrijf-
stelling of de afstand links en rechts gelijk is.
TIP
Door componenttoleranties kan ondanks de basisinstelling een ongelijkmatige rolspleet
ontstaan. Spleet aan beide zijden controleren en, indien nodig, aan één zijde opnieuw in-
stellen.
Werkwijze
►
Spleetmaat tussen de rollen links en rechts controleren. Als de beide gemeten waarden
niet hetzelfde zijn, ga dan verder met instellen.
►
Kneusintensiteit met de slinger verminderen (zie "Kneusintensiteit instellen").
►
Spleetmaat met de stelschroeven (1, 2) instellen op een waarde van 2 - 4 mm tussen de
rolflenzen.
226 |
Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing /ED CL /RC CL
3880.nl-NL.80X.1