11
Faxen van bepaalde telefoonnummers blokkeren:
a
Druk herhaaldelijk op
b
Druk op
.
c
Voer een telefoonnummer in.
Opmerking: U kunt maximaal 64 nummers invoeren.
d
Druk op
.
e
Als u een bijbehorende naam wilt opgeven, gebruikt u hiervoor het toetsenblok.
f
Druk op
.
g
Aanvullende nummers opgeven:
1
Druk op
.
2
Herhaal de handeling stap c tot en met stap f.
Opmerking: u kunt maximaal 50 telefoonnummers opgeven.
h
Geen aanvullende nummers opgeven:
1
Druk herhaaldelijk op
2
Druk op
.
12
Alle faxen zonder nummerweergave blokkeren:
a
Druk herhaaldelijk op
b
Druk op
.
c
Druk herhaaldelijk op
d
Druk op
om de instelling op te slaan.
13
Een lijst met alle geblokkeerde faxen afdrukken:
a
Druk herhaaldelijk op
b
Druk op
om de lijst af te drukken.
Verwante onderwerpen:
•
"Ongewenste wijzigingen van de faxinstellingen blokkeren" op pagina 72
•
"Bedieningspaneel gebruiken" op pagina 98
Instellingen aanpassen met het Faxconfiguratieprogramma
U kunt de faxinstellingen aanpassen in het Faxconfiguratieprogramma. Deze instellingen zijn van toepassing op alle
faxen die u verzendt of ontvangt.
1
Kies Bureaublad in de Finder en dubbelklik op de map Lexmark X5400 Series.
2
Dubbelklik op het pictogram Lexmark X5400 Series Faxconfiguratieprogramma.
3
Selecteer de printer in het voorgrondmenu Apparaat in het dialoogvenster Faxconfiguratieprogramma.
Opmerking: Als u een netwerkprinter gebruikt om een fax te verzenden, wordt het MAC-adres van de printer
weergegeven in het voorgrondmenu Apparaat. Als dit niet het geval is, wordt alleen de printernaam
weergegeven.
of
tot Toevoegen wordt weergegeven.
of
tot Nee wordt weergegeven.
of
tot Zonder id blokkeren wordt weergegeven.
of
tot Aan wordt weergegeven.
of
tot Afdrukken wordt weergegeven.
Faxen
73