5 Installatie
Gevaar!
Vergiftigings- en explosiegevaar,
verbrandingsgevaar. Let er bij de
installatie van de aansluitingen
op dat alle afdichtingen correct
geplaatst worden, zodat lekken aan
gas- en waterinrichting uitgesloten
worden.
23
24
Afb. 5.1 Aansluitstukken
Legende
23
Afdichting
24
Flexibele aansluitslang (warm en koud
water)
25
Aansluitstuk gas met afsluitventiel
26
Waterhoeveelheidsbegrenzer koud
water
27
Waterfilter koud water
28
Inlaatmondstuk
5.1 Aansluiting aan de gastoevoer
• Zorg voor de spanningvrije
verbinding tussen wandaansluiting
en toestelaansluiting met behulp van
het bijgeleverde gasaansluitstuk met
afsluitventiel.
• Draai de wartelmoer van het
gasaansluitstuk op de gasaansluiting van
het toestel.
• Controleer het toestel op ondichtheden
en dicht ze evt. af.
5.2 Aansluiting aan de watertoevoer
• Zorg voor de spanningvrije koud- en
warmwateraansluitingen.
23
28
26
27
25
24
23
• Draai de wartelmoeren van de flexibele
aansluitslangen op de wateraansluitingen
(koud en warm) van het toestel.
• Controleer het toestel op ondichtheden
en dicht ze evt. af.
5.3 Aansluiting op het
rookgassysteem
Afb. 5.2 Rookgasaansluiting
Legende
30
Rookgasbuis
29
Rookgasbuisadapter (optioneel)
20
Buisopening van de
stromingsbeveiliging
5.3.1 Werking van de rookgassensor
controleren
Controleer voor de montage van de roo-
kgasbuis de correcte werking van de roo-
kgassensor. Ga hierbij als volgt te werk:
• Sluit de rookgasweg af.
Afb. 5.3 Instellen van de maximale temperatuur
30
29
20
2