6.2
Robotarm kalibreren
6.3
De melkrobot starten
6-2
1.
Selecteer het pop-upvenster: Calibreren robotarm.
2.
Selecteer [Start].
3.
Verzeker u ervan dat:
• De robotarm omhoog, naar buiten, weer omhoog en vervolgens naar
voren beweegt tot aan de uiterste stand van alle cilinders
• De robotarm in de volledig voorwaartse stand stopt.
4.
Selecteer [Accepteer] als alle cilinders naar hun uiterste stand
bewegen en verzeker u ervan dat de robotarm naar de ruststand
terugkeert.
5.
Selecteer [Stop] als alle cilinders niet naar hun uiterste stand bewegen
en voer stappen 2 t/m 4 opnieuw uit.
1.
Selecteer het pop-upvenster Kies opstartmodus.
2.
Selecteer een van de volgende functies:
•
[Normaal]
•
[Lokale spoeling]
•
[Boiler legen].
3.
Selecteer [OK].
4.
Verzeker u ervan dat alle componenten de status In werking hebben.
Gebruikershandleiding
Bedieningsinstructies