5.2 Bediening
•
Maak het apparaat voor het eerste gebruik grondig schoon in overeenstemming met
de aanwijzingen uit hoofdstuk 6 „Reiniging".
•
Zet de temperatuurregelaar daarna op de positie „0".
•
Zorg ervoor dat de aftapkraan is gesloten (hefboom naar links gedraaid).
•
Vul de watercontainer. Pas het vulniveau aan aan de diepte van de toegepaste GN
containers.
TIP!
Giet warm water in het reservoir. Daarmee bespaart u tijd en energie!
VOORZICHTIG!
Zorg ervoor dat het waterniveau niet lager komt te staan dan de aanduiding
"MIN"! Controleer tijdens het gebruik regelmatig het waterniveau!
•
Sluit het apparaat aan op een geschikt stopcontact.
•
Schakel het apparaat in met behulp van de AAN/UIT-schakelaar Het groene
controlelampje lichtnet in de schakelaar gaat branden.
•
Zet de temperatuurregelaar op de gewenste temperatuur.
•
Het apparaat is klaar voor het warmhouden van gerechten.
•
Plaats een geschikte GN-container (1/1 GN, diepte 200 mm) in het reservoir en
vul hem met de gewenste, warme gerechten.
•
Zet na afloop van het gebruik de temperatuurregelaar op de positie „0", koppel het
apparaat los van het lichtnet (trek de stekker uit het stopcontact!).
•
Wacht tot het apparaat is afgekoeld voordat u het water eruit laat lopen via de
aftapkraan.
Het apparaat is uitgerust met een beveiliging tegen oververhitting
(temperatuurbegrenzer). Als het apparaat per ongeluk wordt ingeschakeld
zonder water, of met een te laag waterniveau, dan treedt deze beveiliging in
werking en schakelt het apparaat uit.
Wacht tot het apparaat is afgekoeld voordat u het water eruit laat lopen via de
aftapkraan.
Druk op de RESET-knop via de opening in de bodemplaat (met behulp van een
geïsoleerde pin, bv. een spanningszoeker of een geïsoleerde
schroevendraaier). U moet een duidelijk „klikgeluid" horen. Het apparaat is
opnieuw klaar voor gebruik.
- 54 -