Gebruikshandleiding
Breng de bloeddrukmanchet aan om een blote arm; kleding heeft een negatieve invloed
op de nauwkeurigheid van de meting. Verzeker u ervan dat de slagadermarkering op
de armslagader is geplaatst. Zorg ervoor dat de slang niet is gedraaid, geknikt of
samengedrukt, omdat er anders meetfouten kunnen optreden.
Drukvoorinstelling maken (eenmalig):
1.
Houd de Drukvoorinstellingsknop gedurende een halve seconde ingedrukt.
Spot Vital Signs geeft respectievelijk "PrP" (drukvoorinstelling) weer op het
SYS-display en de vuldruk op het DIA-display.
2. Druk op de Drukvoorinstellingsknop. De vuldruk van de bloeddrukmanchet neemt
af in stappen van 20 mmHg, te beginnen bij 160 mmHg (160 -> 140, 120, 200, 180,
160).
Als u naar de normale bedrijfsmodus wilt terugkeren, drukt u op de knop Volgende
patiënt/wissen/annuleren of wacht u 3 seconden.
Na het voltooien van een bloeddrukcyclus wordt de vuldruk teruggezet op de
standaarddrukinstelling. De standaardfabrieksinstelling is 160 mmHg.
De interneconfiguratiemodus bevat een deactiveringsfunctie waarmee deze knop kan
worden geblokkeerd, zie pagina 15.
Bloeddrukmeting starten:
1.
Zorg dat een bloeddrukmanchet van de juiste maat op correcte wijze om de bovenarm
van de patiënt is gewikkeld (er kan zo nodig een andere plaats worden gekozen).
2. Schakel, als dit nog niet gebeurd, het apparaat in en druk op de Bloeddruk
start/stopknop. De Spot Vital Signs pompt de bloeddrukmanchet op tot de
juiste druk en geeft tijdens de bloeddrukmeting de druk weer.
Als u tijdens een bloeddrukmeting op de Bloeddruk start/stopknop of de
knop Volgende patiënt/wissen/annuleren drukt, wordt de meting afgebroken en de
manchet snel leeggelaten.
Na voltooiing van de meetcyclus laat de Spot Vital Signs een enkele pieptoon horen
en geeft deze gedurende twee minuten de resultaten van de systolische en
diastolische metingen en pulswaarde* weer (tenzij een andere meting actief is).
Als de MAP wordt ingeschakeld, geeft de Spot Vital Signs beurtelings de
bloeddrukwaarde en de MAP-waarde weer.
Als de Spot Vital Signs geen bloeddrukmeting kan uitvoeren, geeft deze twee
pieptonen en verschijnt de foutcode "C" , tenzij de meting doelbewust werd
stopgezet.
* De pulswaarde op basis van de bloeddrukmeting wordt alleen samen met de
bloeddrukwaarde weergegeven als de SpO
gebruik is, worden alle pulswaarden bepaald op basis van de SpO
Informatie van de laatste cyclus weergeven
De Spot Vital Signs bewaart de laatste meetcyclus van de patiënt in zijn geheugen.
De informatie blijft in het geheugen aanwezig tot het apparaat wordt uitgeschakeld of de
volgende patiëntmeting wordt gestart. Als het display leeg is, drukt u op de knop Mode
(Modus) om de gegevens van de laatste meetcyclus te weer te geven.
-optie niet in gebruik is. Als de SpO
2
2
23
-functie in
2
-meetmethode.