4.5.2 Aanvoertemperatuur instellen
(bij gebruik van een thermostaat)
1
Afb. 4.11 Aanvoertemperatuur-instelling met aangesloten ther-
mostaat (hier afgebeeld: toesteltypes VC en VCW)
Als uw CV-toestel met een weersafhankelijke regeling of
een kamerthermostaat is uitgerust, moet u het volgende
instellen:
• Zet de draaiknop (1) voor het instellen van de CV-aan-
voertemperatuur op de rechter aanslag.
De aanvoertemperatuur wordt automatisch ingesteld
door de thermostaat (informatie daarover vindt u in de
betreffende gebruiksaanwijzing).
4.5.3 CV-functie uitschakelen (zomermodus)
1
Afb. 4.12 CV-functie uitschakelen (zomermodus)
(hier afgebeeld: toesteltypes VC en VCW)
In de zomer kunt u de CV-functie uitschakelen, maar de
warmwaterbereiding verder blijven gebruiken.
• Draai hiervoor de draaiknop (1) voor de instelling van
de CV-aanvoertemperatuur tot aan de linker aanslag.
Gebruiksaanwijzing thermoCOMPACT 0020055068_00
4.5.4 Kamerthermostaat of weersafhankelijke
1
E
bar
Afb. 4.13 Kamerthermostaat/weersafhankelijke
• Stel de kamerthermostaat (1), de weersafhankelijke
thermostaat en de (thermostatische) radiatorkranen
(2) volgens de betreffende handleidingen van deze
toebehoren in.
4.6
2
E
bar
Afb. 4.14 Statusweergaven (hier afgebeeld: toesteltypes VC en
De statusweergaven geven informatie over de operatio-
nele toestand van het toestel.
• Activeer de statusweergaven door toets "i" (1) in te
drukken. Op het display (2) verschijnt nu een weerga-
ve van de betreffende statuscode, bijv. "S.4" voor
branderfunctie.
De betekenis van de belangrijkste statuscodes kunt u
lezen in de tabel 4.2. Tijdens omschakelfases, b.v. na her-
start door het uitblijven van de vlam, wordt kort de sta-
tusmelding "S." weergegeven.
• Schakel het display door nogmaals indrukken van de
toets "i" (1) weer in de normale modus terug.
thermostaat instellen
E
2
thermostaat instellen
Statusweergaven (voor onderhouds- en
servicewerkzaamheden door de installateur)
VCW)
Bediening 4
E
bar
1
13