4.
Voorbereiding van de installatie
4.1
Ventilatie
4.2
Anti-corrosiebescherming
4.3
Eisen voor het water van de verwarmingskring
4.4
Het gebruik van stookolieadditieven
4.5
Richtlijnen betreffende de installatie
SOB 32/40 C
Bij een lokaalluchtafhankelijke werking van de SOB, moet de
stookplaats van ventilatiemonden worden voorzien volgens de gel-
dende normen.De gebruiker moet ingelicht worden betreffende
het feit dat deze ventilatieopeningen niet mogen afgeschermd
worden en dat de aanvoer van de verbrandingslucht, boven op de
ketel SOB vrij moet blijven.
Opgelet! Indien de SOB geplaatst wordt in gesloten omgeving dient
de omgevingslucht volledig zuiver te zijn. Stuifmeel van bloemen of
andere mogen niet langs de aanzuigopening van het toestel kunnen
worden aangezogen!
Opgelet! De verbrandingslucht moet vrij zijn van corrosieve be-
standdelen, o.a. fluor- en chloordampen van oplosmiddelen, on-
derhoudsprodukten, spuitbussen, enz.
Bij aansluiting van de ketel op een vloerverwarmingkring met niet
zuurstofdichte kunststofbuizen volgens DIN 4726,is het noodzake-
lijk warmtewisselaars te plaatsen om de installatie te scheiden.
Voor het vullen van de verwarmingskring voldoet het water van het
leidingsnet. Indien de hardheidsgraad van het water hoger is dan
12 dh, of bij installaties met een grote waterinhoud, is een gedeel-
telijke verzachting of de toevoeging van hardheidsstabiliserende
produkten aanbevolen.
Chemische additieven mogen niet gebruikt worden.
Stookolieadditieven worden aanbevolen.
– om de stockagestabiliteit te verbeteren
– de thermische stabiliteit te vergroten
– de reukhinder te verminderen bij het vullen en voor een verbran-
ding zonder bezinkingen
Producten om de verbranding te verbeteren en welke bezinkingen
vormen zijn verboden.
Opgelet! Bij de installatie van de SOB er op letten dat gedurende
de installatie van de verwarming of in combinatie van een boiler
er voorzorgsmaatregelengenomen woden om waterschade te voor-
komen, o.a. door lekken komende van de boiler.
Voorbereiding van de installatie
13