Tabel 5-3
Computer Setup: Storage (Opslag) (vervolg)
Optie
Storage Options
(Opslagopties)
DPS Self-Test (Zelftest
DPS)
Boot Order
(Opstartvolgorde)
Computer Setup (Computerinstellingen): menu Security (Beveiliging)
OPMERKING:
ondersteund, is mede afhankelijk van de hardwareconfiguratie.
Tabel 5-4
Computer Setup: Security (Beveiliging)
Optie
Setup Password
(Instelwachtwoord)
42
Hoofdstuk 5 Implementatie en beheer
Beschrijving
Hiermee geeft u de parameters op (logische cilinders, koppen en sectoren per track) die door het
BIOS worden gebruikt om de I/O-verzoeken van het besturingssysteem of een applicatie te vertalen
in termen die de vaste schijf kan interpreteren. Het aantal logische cilinders is maximaal 1024. Het
aantal koppen is maximaal 256. Het aantal sectoren per track is maximaal 63. Deze velden zijn
alleen zichtbaar en aanpasbaar wanneer de conversiestand van de schijfeenheid is ingesteld op
User (Gebruiker).
Removable Media Boot (Opstartbeveiliging verwisselbare schijfeenheden)
Hiermee bepaalt u of het systeem kan worden opgestart vanaf verwisselbare media.
BIOS DMA Data Transfers (DMA-gegevensoverdracht van BIOS)
Hiermee bepaalt u hoe I/O-verzoeken voor schijven van het BIOS worden afgehandeld. Wanneer
Enable (Ingeschakeld) is geselecteerd, handelt het BIOS lees- en schrijfverzoeken voor ATA-
schijven af met DMA-gegevensoverdracht. Wanneer Disable (Uitgeschakeld) is geselecteerd,
handelt het BIOS lees- en schrijfverzoeken voor ATA-schijven af met PIO-gegevensoverdracht.
SATA Emulation (SATA-emulatie)
Hiermee selecteert u de modus legacy IDE of native IDE.
Hiermee kunt u zelftests uitvoeren op een ATA-schijf die de DPS-zelftests (Drive Protection System)
kan uitvoeren.
OPMERKING:
Deze optie verschijnt alleen als ten minste één schijfeenheid is aangesloten op het
systeem die DPS-zelftests uit kan voeren.
Hiermee kunt u het volgende doen:
●
De volgorde opgeven waarin aangesloten apparatuur (zoals USB-flashapparaten,
diskettedrives, vaste schijven, optische-schijfeenheden en netwerkadapters) worden
gecontroleerd op de aanwezigheid van een besturingssysteem dat kan worden opgestart. U
kunt elk apparaat in de lijst afzonderlijk in aanmerking laten komen als opstartapparaat.
●
De volgorde van de aangesloten vaste schijven opgeven. De eerste vaste schijf die u opgeeft,
geniet voorrang in de opstartvolgorde en zal worden herkend als drive C (indien er apparatuur
is aangesloten).
OPMERKING:
De toewijzing van stationsletters in MS-DOS is mogelijk niet meer van toepassing
nadat een ander besturingssysteem is opgestart.
Sneltoets om opstartvolgorde eenmalig te wijzigen
Als u eenmalig wilt opstarten vanaf een ander apparaat dan het apparaat dat als standaard in de
opstartvolgorde is vastgelegd, start u de computer opnieuw op en drukt u op
monitorlampje groen gaat branden. Na afloop van de POST wordt een lijst met mogelijke
opstartapparaten weergegeven. Gebruik de pijltoetsen om het gewenste opstartapparaat te
selecteren en druk op Enter. De computer wordt dan eenmalig opgestart vanaf het geselecteerde
apparaat.
Welke opties van Computer Setup (Computerinstellingen) precies worden
Beschrijving
Hiermee kunt u een instelwachtwoord (beheerderswachtwoord) definiëren en inschakelen.
F9
wanneer het
NLWW