l
Fotograferen met de flitser
De ingebouwde flitser gebruiken
De ingebouwde flitser heeft een richtlijn (GN) van 12 (m, ISO 100, 20 °C) en biedt dekking
voor de beeldhoek van een 24 mm objectief, of een 16 mm objectief in DX-formaat. Het
is niet alleen geschikt wanneer natuurlijk licht ontoereikend is, maar ook om schaduwen
en onderwerpen met achtergrondverlichting in te vullen of om een twinkeling aan de
ogen van het onderwerp toe te voegen.
❚❚ De ingebouwde flitser gebruiken: Standen i, k, p, n, o, s en w
1
Kies een flitsstand (0 144).
2
Maak foto's.
Indien nodig klapt de flitser omhoog wanneer de
ontspanknop half wordt ingedrukt en flitst wanneer
de foto wordt gemaakt. Als de flitser niet automatisch
opklapt, probeer dit dan
niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan
de kaart beschadigen.
❚❚ De ingebouwde flitser gebruiken: Standen P, S, A, M en 0
1
Klap de flitser omhoog.
Druk op de M (Y)-knop om de flitser op te klappen.
2
Kies een flitsstand (alleen de standen P, S, A
en M; 0 144).
3
Maak foto's.
De flitser flitst zodra een foto wordt gemaakt.
A
Lichtmeting
Selecteer matrix of centrumgerichte meting om i-DDL uitgebalanceerde invulflits voor digitale
SLR te activeren. Standaard i-DDL flitser voor digitale SLR wordt automatisch geactiveerd
wanneer spotmeting is geselecteerd.
handmatig te doen. Het
NIET
l
M (Y)-knop
143