•
Als het geselecteerde videobeeld niet wordt weergegeven nadat u de
projector hebt ingeschakeld en de juiste videobron hebt geselecteerd,
controleert u of het videobronapparaat is ingeschakeld en goed werkt.
Controleer ook of de signaalkabels op de juiste manier zijn aangesloten.
•
In het onwaarschijnlijke geval dat u de projector aansluit op een dvd-
speler via de HDMI-ingang van de projector en het geprojecteerde
beeld de verkeerde kleuren toont, moet u de kleurruimte wijzigen naar
YUV. Zie
De projector aansluiten op een HDMI-bronapparaat (met de MHL-
kabel):
Controleer of uw mobiel apparaat de MHL-standaard (Mobile High-Definition Link)
ondersteunt voordat u het aansluit.
1.
Neem een MHL-kabel (MicroUSB naar HDMI) en sluit één uiteinde aan op de
USB-aansluiting van het mobiele apparaat.
2.
Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op de MHL-signaalingang op de
projector.
Een Component video-bronapparaat aansluiten
Bestudeer uw videobronapparaat om vast te stellen of er ongebruikte Component
video-uitgangen beschikbaar zijn:
•
Indien dat het geval is, kunt u doorgaan met deze procedure.
•
Anders dient u een andere uitgang te selecteren waarop u het apparaat
kunt aansluiten.
De projector aansluiten op een Component video-bronapparaat
aansluiten:
1.
Neem een Component Video naar VGA (D-Sub)-adapterkabel en verbindt het
einde met 3 RCA-koppelingen met de Component Video-uitgangen van het
videobronapparaat. Zorg ervoor dat de kleuren van de kabels kloppen met de
aansluitingen; groen bij groen, blauw bij blauw, rood bij rood.
2.
Sliut het andere uiteinde van de Component Video aan op de VGA-adapterkabel
(D-Sub) (met een D-Sub type-verbinding) op de aansluiting COMPUTER IN-1
of COMPUTER IN-2 op de projector.
3.
Als u de projectorluidspreker(s) in uw presentaties wilt gebruiken, neemt u een
geschikte audiokabel en sluit u het ene uiteinde van de kabel aan op de audio-
uitgang van het apparaat het andere uiteinde op de AUDIO (L/R)-stekker van
de projector.
4.
Als u dat wilt, kunt u een andere geschikte audiokabel gebruiken en het ene
uiteinde van de kabel aansluiten op de aansluiting AUDIO OUT van de
projector en het andere uiteinde op uw externe luidsprekers (niet bijgeleverd).
Zodra de kabel is aangesloten, kan de audio worden beheerd via de OSD-
menu's van de projector. Zie
De ingebouwde luidspreker worden gedempt wanneer de AUDIO OUT-
stekker wordt aangesloten.
Als het geselecteerde videobeeld niet wordt weergegeven nadat u de
projector hebt ingeschakeld en de juiste videobron hebt geselecteerd,
controleert u of het videobronapparaat is ingeschakeld en goed werkt.
Controleer ook of de signaalkabels op de juiste manier zijn aangesloten.
26
Aansluitingen
"Kleurruimte wijzigen" op pagina 37
"Geluidsinstellingen" op pagina 63
voor details.
voor details.